Inhoudsopgave
Advertenties
6.1 Foutmeldingen
Wanneer de printer detecteert dat er iets mis is of wanneer er waarden worden gelezen die buiten het toegestane
bereik vallen, treedt er een fout op. Op het scherm wordt dan een korte beschrijving van het gedetecteerde
probleem weergegeven, samen met een unieke foutcode. Bijvoorbeeld:
• Er is een onjuiste nozzletemperatuur geconstateerd. Ga naar
Ga naar de opgegeven pagina voor meer informatie en tips voor de oplossing van het probleem.
6.2 Extrusieproblemen
Als de Ultimaker 2+ Connect niet de juiste hoeveelheid materiaal, of helemaal geen materiaal extrudeert, kan dit
meerdere oorzaken hebben. Probeer de volgende oplossingen uit.
Maak de binnenzijde van de nozzle schoon
Als het materiaal niet gelijkmatig stroomt, is de nozzle mogelijk verstopt met materiaalresten. De nozzle moet dan
worden gereinigd met de hot and cold pull-methode. Hiervoor kunt u schoonmaakfilament of PLA gebruiken.
Schoonmaakfilament kan worden gebruik om de nozzle van de Ultimaker 2+ Connect schoon te maken door er
heet (hot pull) en koud (cold pull) materiaal doorheen te voeren. Met hot pulls worden de grootste stukken van
het vuile materiaal uit de nozzle verwijderd. Ze zijn vooral noodzakelijk als de nozzle verstopt is. Met een cold pull
worden de resterende kleine deeltjes verwijderd. Hierna is de print core weer volledig schoon.
Een cold pull wordt ook aanbevolen wanneer u op een ander materiaaltype overstapt of de nozzle verwisselt.
Voor deze procedure moet de nozzle verwarmd worden. Wees voorzichtig en raak de nozzle niet aan. We
adviseren u om beschermende (hittewerende) handschoenen te dragen.
Zorg ervoor dat de Ultimaker 2+ Connect is losgekoppeld van de Digital Factory of geen nieuwe
printtaken kan ontvangen.
Voorbereiding
1. Begin met het verwijderen van het materiaal. Ga naar Materiaal → Unload material (Materiaal verwijderen)
en verwijder de spoel
2. Breng de printkop naar de hoek rechtsvoor
3. Haal de bevestigingsclip van de printkop, druk de buiskoppeling naar beneden en trek de Bowden tube naar
boven en uit de printkop
4. Ga op het scherm naar Onderhoud → Set nozzle temperature (Nozzletemperatuur instellen)
5. Stel de doeltemperatuur met de knoppen in op 260 °C voor reinigingsfilament of op 235 ºC for PLA
6. Wacht tot de nozzle is opgewarmd
Hot pull
Houd het materiaal vast met een tang om verwonding van de handen te voorkomen als het materiaal breekt.
1. Steek het reinigingsfilament (of een stuk PLA-filament met een lengte van ongeveer 20 cm) in de printkop
totdat u weerstand voelt
2. Houd het filament met een tang vast en oefen gedurende circa 1 seconde lichte druk op het materiaal uit
zodat het uit de nozzle wordt geëxtrudeerd of totdat het niet verder kan worden geduwd. Trek het filament er
vervolgens met een korte, stevige ruk uit
3. Snijd de punt af van het filament dat u zojuist hebt verwijderd
4. Herhaal deze procedure totdat er op de punt van het reinigingsfilament geen vervuiling meer zichtbaar is.
5. Steek het filament weer in de printkop en spoel wat materiaal door de nozzle
Gebruikershandleiding Ultimaker 2+ Connect
ultimaker.com/ER201
31
Advertenties
Inhoudsopgave
