Backing Module BK-7m
De Realtime Parts van de BK-7m spelen
6.
Draai aan de knop om de gewenste Tone te
selecteren.
De namen van de BK-7m's SuperNATURAL klanken
beginnen met een 'N' ('N.Trombone' en 'N.Tenor Sax').
Opmerking: De SuperNATURAL klanken kunnen alleen aan
het UP1 part worden toegewezen.
7.
Speel enkele noten op het externe klavier,
om het geluid te controleren.
8.
Als het part actief is (zie p.27), zou u nu de
nieuw geselecteerde Tone moeten horen.
9.
Druk op [EXIT] om de Tone selectie pagina te
verlaten.
De [UP1], [UP2], [LWR] en [MSB] knoppen
gebruiken om Tones te selecteren
1.
Druk op de [UP1], [UP2], [LWR] of [MBS]
knop en houd deze ingedrukt.
Het scherm toont nu een lijst met Tones, waarbij de
op dat moment geselecteerde klank omgekeerd
wordt weergegeven:
2.
Als de Tone die u nodig heeft tot een andere
familie behoort (zie p.91), drukt u op de
[CURSOR/VALUE] knop.
Als de Tone onderdeel van de huidig geselecteerde
familie uitmaakt, kunt u met stap (4) verdergaan.
3.
Draai aan de [CURSOR/VALUE] knop om de
gewenste familie te selecteren, en druk dan
op de draaiknop om uw selectie te bevesti-
gen.
4.
Draai aan de knop om de gewenste Tone te
selecteren.
5.
Druk op [EXIT] om de Tone selectie pagina te
verlaten.
28
Een Tone op de hoofdpagina selecteren
1.
Als de hoofdpagina niet wordt weergegeven,
drukt u op de [EXIT] knop, en houdt u deze
ingedrukt, totdat de pagina verschijnt.
De naam van één van de vier Realtime Parts en de
klank die daaraan is toegewezen, worden linksonder
in de hoek getoond:
2.
Draai aan de [CURSOR/VALUE] knop om de
Part indicatie te selecteren, en druk dan op
de draaiknop.
3.
Draai aan de [CURSOR/VALUE] knop om het
Realtime Part, waarvan u de Tone toewijzing
wilt veranderen, te selecteren.
De naam van de Tone die op dat moment door het
part wordt gebruikt, wordt aan de rechterkant weer-
gegeven.
De naam van de Tone die op dat moment door het
part wordt gebruikt, wordt aan de rechterkant weer-
gegeven.
4.
Draai aan de CURSOR/VALUE] knop om de
cursor naar de naam van de Tone, die op dat
moment aan het geselecteerde Realtime
Part is toegewezen, te verplaatsen.
5.
Druk op de draaiknop.
6.
Als de Tone die u nodig heeft tot een andere
familie behoort (zie p.91), drukt u op de
[CURSOR/VALUE] knop.
Als de Tone onderdeel van de huidig geselecteerde
familie uitmaakt, kunt u met stap (8) verdergaan.