Inhoudsopgave
Advertenties
6.6 Dode zone
De dode zone is een buffer tussen verwarmen en koelen.
In deze dode zone wordt verwarmd noch gekoeld.
Zonder deze bufferzone zou de installatie constant tussen verwarmen en koelen schakelen.
Zodra de temperatuur tot onder gewenste waarde zou zijn gedaald, zou de verwarming worden
geactiveerd. Als de gewenste waarde dan nauwelijks zou zijn bereikt, zou de koeling starten,
waardoor de temperatuur weer tot onder de gewenste waarde daalt en de verwarming weer
wordt ingeschakeld.
Verwarmen en koelen met constante regeling
Gewenste waarde koelen
24 °C
Gewenste waarde
verwarmen 20 °C
Bij een 2-leidinginstallatie, d.w.z. wanneer het omschakelen tussen verwarmen en koelen
via het object plaatsvindt
gemeenschappelijk object worden gezonden
6.7 Klepbeveiliging
Indien ingesteld, wordt de klepbeveiliging geactiveerd, wanneer 7 dagen lang geen verandering
op de ingang heeft plaatsgevonden.
6.7.1 Kanaal heeft een schakeluitgang
De schakeltoestand wordt 6 minuten omgekeerd. Vindt in deze tijd een schakeling plaats, dan
wordt de klepbeveiliging beëindigd.
6.7.2 Kanaal heeft een 0-10 V uitgang
Uitgaande van de actuele stelgrootte wordt de uitgangswaarde tot 100% verhoogd, dan weer
naar 0% verlaagd en vervolgens weer naar de actuele stelgrootte. De snelheid is daarbij 1% per
seconde.
Daarbij wordt geen rekening gehouden met de parameters „Minimale en maximale stelgrootte",
de parameters „Uitgangsspanning bij 0% en 100%" worden echter aangehouden.
Parameter: Omschakelen tussen verwarmen/koelen = via object
22
Parameter: Uitvoer van de stelgrootte koelen = samen met stelgrootte verwarmen
23
HMT 6 S / HMT 12 S
DODE ZONE 4 K
en de stelgroottes voor verwarmen en koelen naar een
22
kan de dode zone op 0 K worden gezet.
23,
Bijlage
59
Advertenties
Inhoudsopgave
