1.5. Opmerking over de speciale soorten gevaar
1.5.1. Elektrische energie
1.5.2. Stof
1.5.3. Lawaai
1.5.4. Afstortrisico
1.5.5. Windkracht
Enkel originele zekeringen met voorgeschreven stroomsterkte gebruiken.
Bij storingen in de elektrische energietoevoer, moet het metsel werkplatform direct worden uitgeschakeld.
Voer alleen onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uit als het metsel werkplatform van het elektrisch
circuit is onderbroken. Bij een defect kunnen condensatoren onder spanning staan.
De elektrische uitrusting van een machine moet regelmatig geïnspecteerd/gecontroleerd worden.
Gebreken, zoals losse verbindingen of beschadigde kabels dienen onmiddellijk verholpen te worden.
Er mogen max. 3 platforms op een voedingsleiding aangesloten worden.
Houd spanningvoerende elektrische leidingen van het metsel werkplatform weg.
Bij werkzaamheden in krappe ruimtes moeten eventueel de geldende nationale voorschriften in acht
worden genomen.
De emissiegeluidsdruk op de operatorplek ligt 70 dB(A).
Het metsel werkplatform mag alleen met relingen als afstortbeveiliging en een ladder als
noodafdaalmogelijkheid worden gebruikt.
Het vergroten van de reikwijdte of de werkhoogte door willekeurige voorwerpen is verboden.
Het aanbrengen van willekeurige delen die de windkracht op het metsel werkplatform kunnen vergroten, is
verboden.
Bij hoge windkracht boven Beaufort-schaal 6 (12,5 m/sec.) of dreigend onweer moet het metsel
werkplatform direct naar beneden worden gelaten en verlaten worden.
15/68