Stap 3: Installatie van de luchtbuis en
hulpstukken
1. Installeer het filter (optioneel) volgens de maat
van de luchtinlaat.
2. Plaats de dichting tussen de romp en de
buis.
3. De buizen voor luchttoevoer en -afvoer dienen
ver genoeg uit elkaar te liggen om storingen in de
luchtcirculatie te voorkomen.
4. Verbind de buis volgens de volgende afbeelding:
Dichting
Luchtuitlaat
Isolatieruimte
5. Raadpleeg de volgende richtlijnen voor statische
druk bij de installatie van het binnentoestel.
MODEL
Vermogen (Btu/h)
9K
12K
18K
24K
30K~ 36K
42K~ 60K
Stel de statische druk van de ventilatormotor in,
zodat deze overeenkomt met de statische druk
in de luchtbuis.
OPMERKING:
1. Laat het gewicht van de luchtbuis niet op
het binnentoestel rusten.
2.
Gebruik bij het installeren van de luchtbuis
onbrandbaar een dichting om vibraties te
voorkomen.
3.
Wikkel isolatieschuim rond de buis om
condensatie te voorkomen. Er kan een
onderlaag worden geplaatst onder de buis
of het geluid te dempen als de
eindgebruiker dat wenst.
Pag. 22
Dichting
Isolatieruimte
Luchtinlaat
Luchtfilter
controlegat
Statische druk
(Pa/in.wg)
0~50/ 0~ 0,2
0~50/ 0~ 0,2
0~100/ 0~ 0,4
0~160/ 0~ 0,64
0~160/ 0~ 0,64
0~160/ 0~ 0,64
Stap 4: Stel de luchtinlaatrichting af (van de
zijkant naar de onderzijde)
1. Verwijder het ventilatiepaneel en de flens.
Ventilatiepaneel
Buig het ventilatiepaneel aan de achterkant
90º langs de stippellijn in een ventilatiepaneel
aan de onderzijde. (sommige modellen)
2. Verander de montageposities van het
ventilatiepaneel en luchtterugvoerflens.
3. Installeer het filtergaas en plaats het in de flens
zoals hieronder geïllustreerd.
Luchtterugvoerflens
of
Luchtterugvoerflens
OPMERKING:
De afbeeldingen in deze
handleiding zijn uitsluitend bedoeld ter
verduidelijking. De airconditioner die u heeft
aangeschaft kan licht afwijken in ontwerp, maar
heeft dezelfde vorm.
Luchtterugvoerflens
Ventilatiepaneel
Ventilatiepaneel