Beveiligde afdrukken, testafdrukken en
opgeslagen afdrukken
Deze functies zijn beschikbaar als uw printer over een vaste schijf voor een Xeroxprinter beschikt. Kies
één van de volgende speciale taaktypen:
Beveiligde afdruk: Hiermee drukt u vertrouwelijke documenten af; de taken die door een
I
wachtwoord van 4 cijfers zijn beveiligd, worden op de vaste schijf van de printer opgeslagen. De
taken worden pas afgedrukt nadat u op het voorpaneel van de printer het wachtwoord van 4 cijfers
hebt ingevoerd.
Testafdruk: Hiermee drukt u slechts één exemplaar af van een taak die meerdere keren moet
I
worden afgedrukt, zodat u het exemplaar kunt controleren. Als u ook de resterende exemplaren
wilt afdrukken, selecteert u de naam van de taak op het voorpaneel van de printer. Als u de
resterende exemplaren niet wilt afdrukken, verwijdert u de taak via het voorpaneel van de printer.
Opgeslagen afdruk: Hiermee slaat u de taak op op de vaste schijf van de printer, zodat u de taak
I
op verzoek kunt afdrukken. De afdruktaak wordt niet verwijderd als de taak is afgedrukt. Dit is
met name handig voor aanvraagformulieren of andere documenten die u vaak afdrukt, zoals
belastingformulieren, formulieren voor het personeel of aanvraagformulieren.
Opmerking
Deze taken worden op de vaste schijf van de printer opgeslagen en blijven daar opgeslagen,
ook als de printer wordt uitgeschakeld. U kunt per type maximaal 100 taken op de vaste
schijf opslaan. Als de limiet is bereikt, worden automatisch per type de oudste taken
verwijderd voordat er een nieuwe taak wordt toegevoegd.
Beveiligde afdrukken, testafdrukken en opgeslagen afdruktaken afdrukken
Gebruik een ondersteund stuurprogramma om een taak aan te merken als een beveiligde afdruk, een
testafdruk of een opgeslagen afdruktaak:
PostScript-stuurprogramma Windows 95 / Windows 98 / Windows Me:
I
Selecteer op het tabblad Setup het type taak. Voer voor een beveiligde afdruktaak een
wachtwoord van 4 cijfers in dat u aan deze taak wilt toewijzen. Voer voor testafdrukken en
opgeslagen afdruktaken de naam in die u aan deze taak wilt geven.
PostScript-stuurprogramma Windows NT / Windows 2000 / Windows XP:
I
Selecteer op het tabblad Uitvoeropties het type taak. Voer voor een beveiligde afdruktaak een
wachtwoord van 4 cijfers in dat u aan deze taak wilt toewijzen. Voer voor testafdrukken en
opgeslagen afdruktaken de naam in die u aan deze taak wilt geven.
MacOS 8 / MacOS 9-stuurprogramma:
I
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de vervolgkeuzelijst Taaktype en selecteer vervolgens
het type taak. Voer voor een beveiligde afdruktaak een wachtwoord van 4 cijfers in dat u aan deze
taak wilt toewijzen. Voer voor testafdrukken en opgeslagen afdruktaken de naam in die u aan deze
taak wilt geven.
MacOS X-stuurprogramma:
I
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de vervolgkeuzelijst Printerfuncties en selecteer
vervolgens het tabblad Taaktype. Selecteer het gewenste Taaktype en voer een
identificatienummer van 4 cijfers in.
Phaser® 7300-kleurenprinter
Stuurprogrammafuncties
11