BIJLAGE C: Verklarende woordenlijst
Toestemming voor "geforceerd aan" wordt door de installateur ingevoerd of geweigerd wanneer hij het systeem
programmeert.
GEHEEL: Wordt gebruikt wanneer het bewaakte pand volledig verlaten is. Alle zones, zowel binnenshuis als omtrek,
zijn beveiligd.
Overbrugging: Overbrugde zones zijn zones die niet worden ingeschakeld wanneer het systeem ingeschakeld is.
Overbrugging maakt het mogelijk dat slechts een deel van het systeem wordt ingeschakeld, zodat mensen zich in
bepaalde zones kunnen bewegen terwijl het systeem ingeschakeld is.
Herstel: Als een detector van de alarmstatus naar de gewone standby status overgaat, is hij "hersteld".
Een bewegingsmelder wordt automatisch hersteld nadat een beweging is gedetecteerd; hij kan onmiddellijk weer
detecteren. Een magneetcontact herstelt zich alleen als de beveiligde deur of het raam wordt gesloten.
Ik ben het: Het KP-250 PG2 systeem bevat een krachtige apparaatzoeker die u helpt het apparaat dat op het LCD
getoond wordt als volgt te vinden:
Als het LCD scherm een zone (apparaat) weergeeft, gaat de LED op het betreffende apparaat knipperen om aan te
geven "ik ben het". Deze "ik ben het" indicatie verschijnt na een bepaalde vertraging (max. 16 seconden) en zal
aanhouden zolang de LCD het apparaat weergeeft, met een time-out van 2 minuten.
Inschakelen: Het alarmsysteem inschakelen is een actie waarbij een alarm afgaat als een zone wordt "gestoord" door
een beweging of bij het openen van een deur of raam. Het controlepaneel kan in verschillende modi worden
ingeschakeld (zie INGESCHAKELD, DEEL, ONMIDDELLIJK enKINDZENDER).
Kindzender: De modus kindzender is een speciale inschakelmodus waarmee gebruikers van een kindzender een
'kindzenderbericht' naar een telefoon sturen wanneer ze het systeem uitschakelen.
Als bijvoorbeeld ouders zeker willen zijn dat hun kind van school is teruggekomen en het systeem heeft uitgeschakeld.
Huissleutelinschakeling is alleen mogelijk als het systeem in de WEG modus is ingeschakeld.
Magnetische contactsensor: Een magnetisch aangestuurde schakelaar en een draadloze zender in een gedeelde
behuizing. De melder wordt op deuren en vensters gemonteerd om veranderingen te detecteren (van gesloten naar
open en omgekeerd). Bij het waarnemen dat een deur of venster open staat, zendt de melder een alarmsignaal naar het
systeem. Als de centrale niet ingeschakeld is, zal het systeem "niet gereed voor inschakelen" zijn tot de deur of het
venster beveiligd is en het systeem een signaal "herstel" van dezelfde sensor krijgt.
Onmiddellijk: U kunt het systeem programmeren op INGESCHAKELD-ONMIDDELLIJK of DEEL-ONMIDDELLIJK.
Hierdoor annuleert u de inloopvertraging voor alle vertragingzones tijdens één inschakelingperiode.
U kunt bijvoorbeeld het controlepaneel in de THUIS-VERSNELD modus inschakelen en in het beveiligde gebied blijven.
Alleen de omtrekbeveiliging is actief en als u niet verwacht dat iemand onverwachts binnenkomt terwijl het systeem is
geactiveerd, is alarmering bij binnenkomst door de voordeur een goede beveiliging.
Om het systeem uit te schakelen zonder een alarm te veroorzaken, gebruikt u uw keypad (dat gewoonlijk toegankelijk is
zonder dat een omtrekzone wordt verstoord) of gebruik een keyfob zender.
Responder op afstand: Een responder is een professionele service provider waar de huiseigenaar of bedrijfseigenaar
zich op inschrijft (een meldkamer), of een verwant/vriend die tijdens de afwezigheid van de gebruikers op de beveiligde
site wil letten. De centrale meldt events per telefoon aan beide soorten responders.
Rookmelder, draadloos: Een gewone rookmelder en een draadloze PowerG zenderontvanger in een gedeelde
behuizing. Nadat rook is gedetecteerd, verzendt de melder zijn unieke identificatiecode en een alarmsignaal en diverse
statussignalen naar de centrale. Aangezien de rookmelder aan een speciale brandzone is gekoppeld, wordt een
rookalarm gegeven.
Sensor: Het detecterende element: pyro-elektrische sensor, fotodiode, microfoon, optische rooksensor enz.
Snel inschakelen: Inschakeling zonder een gebruikerscode. De centrale vraagt niet naar uw gebruikerscode als u één
van de inschakelingtoetsen indrukt. Toestemming om deze inschakelingsmethode te gebruiken wordt door de
installateur gegeven of geweigerd bij het programmeren van het systeem.
Standaardinstellingen: Instellingen die van toepassing zijn voor een bepaalde groep apparaten.
Status: A/C storing, lage batterij, probleem, systeemstatus...
Status: INGESCHAKELD, DEEL, INGESCHAKELD-ONMIDDELLIJK, DEEL-ONMIDDELLIJK, KINDZENDER,
GEFORCEERD, OVERBRUGGEN.
THUIS (DEEL): Deze alarmsituatie wordt gebruikt als de bewoners in het beveiligde pand zijn. Een klassiek voorbeeld
is bv. wanneer de familie zich klaarmaakt om te gaan slapen. Met de DEEL inschakeling zijn omtrekzones beveiligd
maar de binnenshuiszones niet. Hierdoor worden bewegingen in de binnenshuiszones door het controlepaneel
genegeerd, maar de verstoring van een omtrekzone zal een alarm doen afgaan.
D-306541 KP-250 PG2 Gebruikershandleiding
69