15
16
17
18
Bovenbak, brander en
afdichtingen
Figuur 12.2.e
Positie afdichting
Figuur 12.2.f
11
8
12
7
6
5
Figuur 12.2.g
50
-
Verwijder de brandercassette (18) uit de ventilatorunit;
-
Controleer de brandercassette op slijtage, vervuiling en eventuele breuk. Reinig de
brandercassette met een zachte borstel en een stofzuiger. Vervang bij breuk altijd de
hele brandercassette;
-
Vervang de pakking (17) tussen brander (18) en bovenbak (15);
-
Vervang de pakking (16) tussen bovenbak (15) en wisselaar;
-
Controleer de venturi en de gasluchtverdeelplaat op vervuiling en reinig deze, indien
noodzakelijk, met een zachte borstel in combinatie met een stofzuiger. Als de luchtkast
sterk vervuild is met stof, is het aannemelijk dat de ventilatorwaaier ook vervuild is.
Om deze te reinigen moet de ventilator gedemonteerd worden van de venturi.
Reinig de waaier met een zachte borstel en stofzuiger. Vervang daarbij de pakking
en let op tijdens het monteren van de ventilatoronderdelen dat de nieuwe pakking
juist gemonteerd wordt.
Warmtewisselaar
-
Controleer de warmtewisselaar op vervuiling. Reinig deze, indien nodig, met een
zachte borstel en een stofzuiger. Voorkom dat eventuele vervuiling naar beneden
valt.
Het van bovenaf doorspoelen, met water door de wisselaar, is niet toegestaan.
Montage geschiedt in omgekeerde volgorde.
Let tijdens montage op het juist positioneren van de knevelstangen. Deze die-
nen verticaal te staan.
Ontstekingselektrode
Het vervangen van de ontstekingselektrode is noodzakelijk als de pennen versleten zijn.
Als het kijkglas beschadigd is moet de gehele ontstekingselektrode vervangen worden.
Vervanging gaat als volgt:
-
Neem de stekkerverbindingen op de ontstekingelektrode weg;
-
Druk de clips aan weerszijden van de elektrode naar buiten en neem de elektrode weg;
-
Verwijder en vervang de pakking;
Montage geschiedt in omgekeerde volgorde.
Sifon en condensbak (zie fig. 12.2.g t/m i)
-
Draai de inbusbout (5) van de sifon (6) los en trek de sifon uit de condensbak;
Controleer de sifon op vervuiling. Indien er geen sterke vervuiling aangetroffen wordt
in de sifon is het niet noodzakelijk de condensbak te demonteren of te reinigen. Indien
de sifonbeker sterke vervuiling vertoont moet ook de condensbak gereinigd worden;
-
Controleer de O-ringen van de sifonbeker en vervang deze indien noodzakelijk;
-
Reinig de delen door deze te spoelen met water;
-
Vet de O-ringen opnieuw in met zuurvrij O-ringvet om het monteren te vergemakkelijken;
-
Indien er lekkage is opgetreden aan de sifon, vervang dan de complete sifon;
-
Verwijder de stekker van de eventuele aanwezige rookgassensor;
-
Verwijder de linker (7) en rechter (8) korte knevelstang door deze met een inbussleutel
een kwartslag te draaien. Let hierbij op de draairichting (rode controlenokjes);
-
Trek nu de knevelstangen naar voren en onder de condensbak vandaan;
-
Schuif de economizer (11) ongeveer 1 cm naar boven;
-
Hang de economizer met de metalen haak aan de scharnierbeugel achter de bedie-
ningsunit (zie fig. 12.2.d);
-
Druk nu de condensbak (12) voorzichtig naar beneden en neem deze naar voren weg;
-
Vervang de condensbakpakking door een nieuwe;
-
Reinig de vervuilde condensbak met water en een harde borstel;
-
Controleer de condensbak op lekkages.
Montage geschiedt in omgekeerde volgorde.