Basisfuncties
De meeste handelingen in deze handleiding kunnen
worden uitgevoerd met de knoppen van de
afstandsbediening. U kunt tevens de toetsen op het
hoofdtoestel gebruiken indien deze dezelfde namen of
markeringen als de toetsen op de afstandsbediening
hebben, tenzij anders wordt aangegeven.
• Een icoon als
toont de bestandstypes waarvoor de
bediening mogelijk is.
Op pagina 16 en 18 ziet u hoe u de hierna beschreven
knoppen gebruikt.
16
Systeem in-/uitschakelen
Op de afstandsbediening:
Druk op
AUDIO.
Op de centrale eenheid:
Druk op
.
OPMERKING
• Er wordt altijd een minimale hoeveelheid stroom verbruikt,
ook als het systeem is uitgeschakeld. Dit wordt de
standbymodus genoemd. In deze modus brandt het
standbylampje (STANDBY). Verwijder de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact als u de netvoeding volledig wilt
uitschakelen.
• U kunt het systeem ook inschakelen met de volgende
knoppen:
– Een van de bronknoppen op de afstandsbediening
(VIDEO1, VIDEO2, VIDEO3, iPod
3
8
MEMORY
/
)
– iPod/USB MEMORY CONTROL ‹/
Door met de toets in te schakelen, wordt de
eenheid. (
bron automatisch naar USB-GEHEUGEN veranderd,
uitgezonderd wanneer iPod als laatste bron was
gekozen.
)
Afspeelbron selecteren
Op de afstandsbediening:
Druk op een van de bronknoppen
(VIDEO1 - 3, USB MEMORY 6, of
iPod 6).
USB MEMORY 6: Afspelen van een bestand op
USB-opslagapparatuur. (Zie bladzijde 21.)
iPod 6: Starten van de weergave van een aangesloten
iPod. (Zie bladzijde 19.)
VIDEO1 – 3: Kiezen van de externe componenten die met de
VIDEO 1 – 3 aansluitingen op het hoofdtoestel zijn
verbonden. (Zie bladzijde 10 t/m 12.)
Op de centrale eenheid:
Druk herhaald op INPUT SELECTOR
9 / 8 totdat de naam van de
gewenste bron in het afleesvenster
verschijnt.
OPMERKING
• Het bronkeuzelampje van de gekozen bron licht op het
hoofdtoestel op.
• Het kan even duren voordat een andere bron is geselecteerd.
3
8
/
en USB
8
op de centrale