De toonhoogte transponeren
Door [Temperament] ingedrukt te houden, op [Organ I] te drukken, en dan een andere toets
dan C in te drukken terwijl deze twee knoppen ingedrukt blijven, kan de toonhoogte van de
C-30 zo getransponeerd worden dat de toets die u indrukte de grondtoon wordt.
Op dat moment is de [Temperament] indicator rood verlicht.
Om de transpositie op te heffen houdt u [Temperament] ingedrukt, drukt u op [Organ I], en
terwijl deze twee knoppen ingedrukt blijven, drukt u op de C toets. De indicator van de
[Temperament] knop dooft uit, en de toonhoogte keert naar de normale hoogte terug.
De pedaal functie veranderen
Als het bijgeleverde pedaal is aangesloten, kan het demper pedaal gebruikt worden om de
sustain te verlengen, zoals op een piano. Het pedaal kan ook voor het veranderen van gelu-
iden worden gebruikt.
Als u bijvoorbeeld het [Lute] geluid selecteert, dan [Function] ingedrukt houdt en op [Organ
II] drukt, zal de [Organ II] indicator groen verlicht zijn, het [Lute] geluid worden
opgeslagen, en de pedaal functie verandert in die van het veranderen van geluiden.
Vervolgens zet u het geluid op [8' I], en drukt u het pedaal in. Terwijl het pedaal ingedrukt
blijft, zal het geluid direct naar het [Lute] geluid, dat u eerder heeft opgeslagen, over-
schakelen, en kunt u het pedaal gebruiken om tussen verschillende geluiden (of combinaties
van geluiden) te schakelen, ook tijdens het spelen.
Als de [Organ II] indicator al groen verlicht is als u op [Function] drukt, kunt u [Function]
nogmaals ingedrukt houden en op [Organ II] drukken om de [Organ II] indicator uit te laten
doven, en het pedaal naar de demper pedaal functie terug te laten keren.
Als u een ander geluid wilt opslaan en het pedaal wilt gebruiken om van geluid te verand-
eren, houdt u [Function] weer ingedrukt, en drukt u op [Organ II] zodat de [Organ II] indi-
cator groen oplicht.
Stemmen
Door de [Function] ingedrukt te houden en aan de Tone knop te draaien, kunt u de algehele
toonhoogte van de C-30 aanpassen.
De demo uitvoeringen beluisteren
Als u [Function] en [Temperament] gelijktijdig indrukt, zullen de ingebouwde demo songs
worden afgespeeld.
Om van song te veranderen drukt u op de verlichte geluidsknop, of op één van de andere
geluidsknoppen waarvan de indicator knippert.
[Organ I] stopt het afspelen, of brengt u naar het begin van de song terug, en [Organ II]
pauzeert of herstart het afspelen van de song.
Druk op [Function] om de demo mode te verlaten.
Zie 'Demo Song List' in de gebruikershandleiding.
Het volume van de onderscheidende klavecimbel ruis aanpassen
Door [Temperament] ingedrukt te houden en aan de [Volume] knop te draaien, kan het vol-
ume van de attack ruis, die hoorbaar is wanneer een toets sterk wordt ingedrukt, tijdelijk
aangepast worden.
Door [Temperament] ingedrukt te houden en aan de [Reverb] knop te draaien, kan het vol-
ume van de ruis die hoorbaar is wanneer u uw vinger van de toets neemt, tijdelijk worden
aangepast.
Deze instellingen keren naar hun oorspronkelijke status terug als u de volgende keer de
stroom aanzet
Copyright © 2008 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag in welke vorm dan ook
gereproduceerd worden zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.