Instellen en gebruiken
Plaats de camera in een directe lijn met de weer te geven plek. De ideale afstand is ca. 1 m.
De camera kan aan de wand worden gemonteerd maar kan ook worden geplaatst op elk willekeurig
oppervlak. Na plaatsing is De camera nog eenvoudig uit te richten met de stelschroef. Plaats de
netadapter na opstelling in het stopcontact.
Noot: Plaats de camera altijd buiten het handbereik van kinderen
Voor de ingebruikname van de monitor hoeft u enkel de batterijen te plaatsen of indien u dit prefereert
de netadapter aan te sluiten. Let hierbij goed op de polariteitaanduiding van de batterijen en het
apparaat.
Wij raden u aan voorafgaand aan het eerste gebruik de batterijen gedurende 10 uur volledig op te
laden om zodoende de levensduur van de batterijen te garanderen. De spanningsindicator op de
monitor zal oplichten ter indicatie van het laden.
LET OP: Bij gebruik van alkaline batterijen voor de monitor nooit de lader aansluiten!
Testen
Het is belangrijk om te testen of het signaal (beeld en geluid) goed wordt ontvangen. Na de eerste
plaatsing volgt u de onderstaande procedure voor het uitvoeren van deze test. Het is verstandig deze
test regelmatig te herhalen in het bijzonder bij heringebruikname of het verplaatsen van de camera.
Zorg voor voldoende afstand tussen beide apparaten om te voorkomen dat de apparatuur gaat
rondzingen.
Schakel beide apparaten in door middel van de aan/uitschakelaars.
Controleer of de kanaalinstelling van beide apparaten gelijk staat.
Als u ontvangst heeft is het verstandig de monitor mee te nemen naar de verschillende ruimtes waar u
voornemens bent heen te gaan om te controleren of u overal goede ontvangst heeft.
Afhankelijk van uw persoonlijke wensen zijn de helderheid, contrast en kleur bij te stellen.
Om de geluidsweergave te testen zorgt u voor een geluid op de plaats waar de camera is ontvangen.
Hiervoor kunt u elke willekeurige geluidsbron gebruiken. Let wel dat het geluidsniveau bij de test gelijk
is aan dat wat kan worden verwacht van uw kind.
Bij de juiste instelling en beperkte ruis zult u zowel beeld en geluid goed ontvangen, de apparatuur is
nu gereed voor gebruik.
De camera kan worden ingesteld op 4 verschillende kanalen, deze zijn aan te kiezen middels de
kanaalschakelaar (6). De focus is instelbaar door het kloksgewijs of tegen kloksgewijs draaien van de
cameralens (8). Bij onvoldoende licht zullen de LED's (4) automatisch inschakelen. Het beeld op de
monitor zal dan omschakelen naar zwart/wit.
De monitor is op verschillende punten instelbaar. Met de omhoog/omlaag toetsen (6) kunt u de
verschillende funties aankiezen.
KLEUR (
)
Selecteer Co met de pijltjestoetsen en druk vervolgens op de functieschakelaar (FUN).
Vervolgens kunt u met de pijltjestoetsen de kleur instellen op de gewenste waarde tussen 1 en 8.
Om de aangekozen waarde te selecteren drukt u nogmaals op FUN of laat u het apparaat voor 5
seconden onaangeraakt. De monitor zal terugkeren naar de weergavemodus.
HELDERHEID (
)
Selecteer br met de pijltjestoetsen en druk vervolgens op de functieschakelaar (FUN).
Vervolgens kunt u met de pijltjestoetsen de helderheid instellen op de gewenste waarde tussen 1 en
8.