Gebruik / Reiniging en onderhoud
4 Reiniging en onderhoud
Incorrect gebruik. Beschadiging
van de oppervlakken:
• Reinig het apparaat niet met
een stoomreiniger.
• Gebruik op de delen waarvan
het oppervlak met metalen
afwerkingen werd behandeld
(bijv. elektrolytische oxidatie,
vernikkeling,
geen producten die chloor,
ammoniak
bevatten.
• Gebruik
of bijtende middelen (bijv.
poeders,
metaalsponsjes).
• Gebruik geen ruw, schurend of
scherp materiaal.
4.1 Reiniging van de motorblok
Om de buitenkant in goede staat te houden,
dient u deze na elk gebruik en nadat deze
is afgekoeld te reinigen. Reinig met een
vochtige, zachte doek en een neutraal
reinigingsmiddel.
4.2 Reiniging van de onderdelen
Om het reinigen te vergemakkelijken, raden
wij aan de onderdelen onmiddellijk na
gebruik schoon te maken.
• Alle
onderdelen
vaatwasmachinebestendig, m.u.v. de
messenhouder van de fles (2).
• Het is ook mogelijk om alle onderdelen
met de hand te wassen, met warm water
en een mild afwasmiddel.
• Droog de verschillende onderdelen
goed af alvorens ze op te bergen.
verchroming)
of
bleekmiddel
geen
schurende
ontvlekkers
of
zijn
47