Inhoudsopgave
Advertenties
7
8
13
6.
KOELVLOEISTOF
7.
KOELVLOEISTOF UIT
8.
KOELVLOEISTOF IN
13. LUCHT
14. PLASMA, SNIJDEN, STROOMBRON
15. ELEKTRODEKABEL EN LUCHT
AFBEELDING 6
Aansluiting watergekoeld plasmasysteem
Het volgende moet altijd in acht worden genomen bij
het gebruik van de COOLER 25:
Gebruik de koeler nooit zonder behuizing.
Onderdompeling in water kan leiden tot elektrische
schokken.
Steek geen vingers in de openingen van de koeler.
Bewegende delen kunnen verwondingen veroorzaken.
Haal de stekker van de koeler uit het contact voordat u
het reservoir vult.
Gebruik de koeler nooit zonder vuldop op het reservoir.
Gebruik de koeler nooit met een leeg reservoir.
Dagelijkse controle
De onderstaande punten moeten dagelijks worden
gecontroleerd bij gebruik van de COOLER 25-koeler:
Controleer het reservoir dagelijks.
Houd het reservoir vol, met name na het vervangen van
waterleidingen.
Gebruik de koeler nooit zonder vuldop op het reservoir.
Plaats de koeler niet in de buurt van gebieden
met extreme hitte.
Plaats de koeler niet in de buurt van een fluxhopper of
in zeer stoffige gebieden.
Vermijd knikken of scherpe bochten in waterleidingen.
Houd alle waterleidingen schoon.
Het systeem inschakelen
Na het vullen van het reservoir en aansluiten van de
koelvloeistofslangen op de COOLER 25-koeler volgens de
installatiehoofdstukken moet u de stekker van de unit in een
stopcontact doen om de unit op te starten. Zorg dat de
stroom naar de unit overeenkomt met het nominale
vermogen van de koeler. De kabelset van de COOLER 25-
koeler bevat een CEE 7/4, 7/7 Schuko-compatibele stekker
met een hoek van 90 graden. Deze stekker past op een
hulpaansluiting op de achterkant van veel internationale
Lincoln-stroombronnen voor voeding naar een COOLER
25-koeler.
Als de koeler actief is, hoort u de ventilator draaien en voelt
u de luchtstroom uit de voorkant van het apparaat.
Controleer of er geen waterlekkage is wanneer u de koeler
voor het eerst opstart. Waterlekkage zorgt voor slechte las-
en koelprestaties. Dit kan een gevaarlijke situatie opleveren
(kans op een elektrische schok) en gaat ten koste van de
levensduur van pomp en laspistool of toorts.
Nederlands
6
14
15
6
Rendement koeler
1.
RETOUR KOELVLOEISTOF
2.
INNAME KOELVLOEISTOF
3.
POMP
4.
VENTILATOR
5.
WARMTEWISSELAAR
6.
VERWARMDE LUCHT UIT
7.
KOELVLOEISTOF UIT
8.
KOELVLOEISTOF IN
9.
RESERVOIR
AFBEELDING 7
Circulatie in de COOLER 25
De hoge koelefficiëntie van de COOLER 25 zorgt dat
er koeler en comfortabeler kan worden gelast dan bij
normale luchtgekoelde procedures en watergekoelde
systemen van de grootste concurrenten. De geribbelde
radiator
van
de
warmteconvectie
met
de luchtstroom. Dit ontwerp zorgt voor een duurzame
constructie die bestand is tegen de impact van
verschillende
voorwerpen
In Afbeelding 7 ziet u de werkingsprincipes van
de COOLER 25.
De COOLER 25-koeler voert de warmte van de lasboog
effectief weg van de pistool- of toortshandgreep en
verplaatst deze naar de uitgaande luchtstroom op
de achterkant van de koeler. De temperatuur van de
omgevingslucht kan invloed op de koelcapaciteit van
de COOLER 25 hebben.
Voorbeeld:
Koude dag (10 °C): er wordt meer warmte (energie)
via de warmtewisselaar van het water naar de lucht
overgedragen. Het water is kouder en er wordt meer
warmte van het pistool of de toorts naar het water
afgevoerd.
8
warmtewisselaar
verbetert
minimale
belemmering
via
de
luchtsleuven.
Nederlands
de
van
Advertenties
Inhoudsopgave
