3. MONTAGE-ACTIVERING
3.1 Veiligheid
Allereerst is het van essentieel belang de veiligheidsvoorschriften te lezen en na te leven die
beschreven staan in het document "Algemene veiligheidsvoorschriften" dat bij het product wordt
geleverd.
Demonteer NOOIT een onderdeel van de drukregelaar in het hogedrukgedeelte, met name de
cilinderinlaatfitting.
3.2 Voorzorgsmaatregelen vóór de montage
Controleer na het openen van de verpakking of de apparatuur niet beschadigd is en of de inhoud
overeenkomt met de bijgevoegde afleveringsbonnen.
-
Bij de assemblage moet uiterst zorgvuldig te werk worden gegaan om reinheid te
garanderen en verontreiniging te voorkomen.
-
Kies voor de installatie van de apparatuur een geventileerde plaats, beschermd tegen de
gevolgen van slecht weer.
3.3 Montage op pijp
- Controleer of de inlaat- en uitlaatpoorten schoon zijn en of de gekozen verbindingen
met de pijp geschikt zijn.
- Controleer de aanwezigheid van het filter en de afdichting bij de inlaat.
- Tenzij uw filter uit een complete set bestaat (geplooide zeef), moet u ervoor zorgen dat
de filter zich in de juiste positie bevindt (zie tekening).
- Respecteer de richting van de stroming die door pijlen wordt aangegeven.
- Wij raden aan de gasdichtheid van de inlaatverbinding te verzekeren met de
bijgeleverde dichting en het filter (aanhaalmoment vereist tussen 30 en 50 N.m).
Aanbevelingen:
-
Installeer een ontlastklep op de leiding om de installatie te beschermen, na risicoanalyse.
-
De eigenaar van de installatie is verantwoordelijk voor de veiligheidsklep die geïnstalleerd
moet worden voor de bescherming van zijn toepassing.
6/16