Bewegings- en aanwezigheidsmelder
■
Voor een extra kabelinvoer in inbouwuitvoering of kabelinvoer in opbouwuit-
voering de betreffende doorbreekpositie (13) uitbreken (zie afbeelding 8).
■
Aansluitkast (1) via gaten (11) bevestigen (zie afbeelding 8).
Als alternatief kan het apparaat ook op een 60 mm apparatuurdoos worden
gemonteerd. Schroeven zijn niet meegeleverd.
Apparaat aansluiten
Afbeelding 10: Aansluitschema parallelschakeling ter uitbreiding van de registratiezo-
Lastkabellengte max. 100 m. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle ver-
bindingskabels tussen apparaten en lampen.
Niet meer dan vijf apparaten parallel schakelen.
Alle apparaten op dezelfde fase aansluiten
Alle apparaten op dezelfde apparaatfunctie (bewegingsmelder of aanwezigheidsmel-
der) instellen.
Door parallel schakeling wordt het maximale aansluitvermogen niet vergroot.
■
Sensorelement volgens aansluitschema aansluiten (zie afbeelding 9) of sen-
sorelementen volgens schakelschema parallel schakelen (zie afbeelding 10).
82593233
J0082593233
Afbeelding 9: Aansluitschema afzonderlijk apparaat
ne
15 / 26
25.09.2023