Aansluiten meerdere vloerverwarmingsmatten
De elektrische vloerverwarming wordt aangesloten op de N1 en de L1 poort van de thermostaat. Voor
deze toepassing dient tevens de vloersensor aangesloten te worden. Plaatst deze vloersensor op de juiste
manier conform de handleiding van uw vloerverwarming. Wanneer er meerdere elektrische
verwarmingen tegelijk worden aangestuurd, dienen deze te worden samengebracht op een centraal punt
om middels 1 fase en 1 nul draad aan te sluiten op de thermostaat. Respecteer hierbij de maximale
vermogens van de thermostaat (max 3300 watt). Alle elektrische verwarmingen die gezamenlijk worden
aangesloten op de thermostaat dienen zich in 1 ruimte te bevinden, aangezien er maar 1 vloersensor kan
worden toegepast en deze zich op een representatieve plek voor de ruimte moet bevinden in de vloer.
Sensorinstelling
Voor de instelling van de thermostaat heeft u 2 keuzes:
•
Door de sensorselectie in te stellen op "01: Vloersensor" zal de thermostaat enkel regelen op de
vloertemperatuur. U kunt hiermee de temperatuur van de vloer zelf regelen middels de
thermostaat. De ruimte temperatuur zelf wordt bij deze instelling genegeerd.
•
Door de sensorselectie in te stellen op "02: Beide sensors" zal de thermostaat regelen op basis
van de temperatuur van de ruimte. De vloersensor wordt in dat geval gebruikt als een limiet
sensor. Zodra de ingestelde maximale temperatuur van de vloer wordt bereikt, zal de
thermostaat de verwarming tijdelijk uitschakelen, ook als de gewenste ruimte temperatuur nog
niet is bereikt.
Het aanpassen van de sensor selectie gebeurt bij item 5 van het geavanceerde instellingen menu (zie pag.
17).