Werking van het apparaat
STARTEN EN STOPPEN
1. Start de kachel door op de
start/stop-knop
te drukken.
AUTOMATISCHE MODUS
1. Start de kachel door op de
start/stop-knop te
drukken.
HANDMATIGE MODUS
1. Start de kachel door op
de start/stop-knop
te drukken.
8
2. De kachel gaat aan en begint te werken met een
pieptoon.
2. Selecteer de automatische
bedrijfsmodus door op
de knop AUTO te drukken. De
weergave AUTO verschijnt.
2. Selecteer de handmatige bedieningsmodus
door op de AUTO-knop te drukken. De weergave
AUTO verdwijnt.
3. Om de kachel te stoppen, drukt
u nogmaals op de start/stop-
knop.
Herhaal
3. Pas de temperatuur aan met de temperatuurregelknop. De
temperatuur kan worden ingesteld tussen 10 °C en 32°C. Het
apparaat past zijn warmteafgifte automatisch aan de
ingestelde temperatuur aan.
3. Selecteer de instelling van het verwar-
mingsvermogen door op de temperatuur-
regelknop te drukken. De geselecteerde
instelling van het verwarmingsvermogen
wordt gebruikt ongeacht de temperatuur.