190
Internetverbindingen
Internetverbindingen
Dataverbinding
Uw telefoon wordt automatisch ingesteld voor het gebruik van de
gegevensverbinding van uw mobiele aanbieder als u het apparaat voor het eerst
inschakelt (als de SIM-kaart is geplaatst).
Controleren welke gegevensverbinding u gebruikt
1. Druk in het startscherm op
2. Tik op Mobiele netwerken > Aanbiederkeuze of op Namen draadloze
toegangspunten.
De gegevensverbinding in- of uitschakelen
Het uitschakelen van de gegevensverbinding verlengt de levensduur van de batterij en
bespaart kosten voor gegevensverkeer. Als de gegevensverbinding echter niet is
ingeschakeld en u bent ook niet met een Wi-Fi netwerk verbonden, ontvangt u geen
automatische updates van uw e-mail, sociale netwerkaccounts en andere
gesynchroniseerde informatie.
1. Druk in het startscherm op
2. Klik in het keuzevakje Mobiel netwerk om de gegevensverbinding in te
schakelen; maak het keuzevakje leeg om de verbinding uit te schakelen.
Een nieuw toegangspunt toevoegen
Voordat u voor uw telefoon een nieuwe gegevensverbinding toevoegt, moet u de
naam en instellingen van het toegangspunt (inclusief gebruikersnaam en wachtwoord
indien nodig) aanvragen bij uw mobiele aanbieder.
1. Druk in het startscherm op
2. Tik op Mobiele netwerken > Namen draadloze toegangspunten.
3. Druk in het venster APNs op
4. Typ de APN-instellingen in het venster Toegangspunt bewerken. Tik op een
APN-instelling om deze te bewerken.
5. Druk op
en tik op Opslaan.
en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken.
en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken.
en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken.
en tik op Nieuwe APN.