Als de printer met een USB-kabel op de computer is aangesloten,
Controle 4
controleert u de apparaatstatus vanaf de computer.
Volg de onderstaande procedure om de apparaatstatus te controleren.
1. Selecteer Configuratiescherm (Control Panel) > Hardware en geluiden (Hardware
1.
and Sound) > Apparaatbeheer (Device Manager).
Opmerking
• Als het scherm Gebruikersaccountbeheer (User Account Control) wordt weergegeven,
selecteert u Doorgaan (Continue).
2.
2. Open Ondersteuning voor USB-afdrukken (USB Printing Support Properties).
Dubbelklik op USB-controllers (Universal Serial Bus controllers) en op Ondersteuning voor
USB-afdrukken (USB Printing Support).
Opmerking
•
• Als het scherm Ondersteuning voor USB-afdrukken (USB Printing Support Properties)
niet wordt weergegeven, controleert u of de printer goed op de computer is aangesloten.
Controle 2
3. Klik op het tabblad Algemeen (General) en controleer of er een apparaatprobleem is.
3.
Als er een apparaatfout wordt weergegeven, raadpleegt u Windows Help om deze te verhelpen.
Andere foutberichten (Windows)
Controleer het volgende als er een foutbericht buiten de printerstatusmonitor
Controle
wordt weergegeven:
•
• Kan niet spoolen wegens onvoldoende schijfruimte (Could not spool successfully due to
insufficient disk space)
Verwijder onnodige bestanden om schijfruimte vrij te maken.
•
• Kan niet spoolen wegens onvoldoende geheugen (Could not spool successfully due to
insufficient memory)
Verhoog de beschikbare hoeveelheid geheugen door andere toepassingen te sluiten.
Als u nog steeds niet kunt afdrukken, start u de computer opnieuw op en probeert u nogmaals af te
drukken.
• Kan printerstuurprogramma niet vinden (Printer driver could not be found)
•
Verwijder MP Drivers aan de hand van de procedure in Onnodige MP Drivers verwijderen en klik hier om
het opnieuw te installeren.
•
• Afdrukken Toepassingsnaam mislukt (Could not print Application name) - Bestandsnaam
Controleer of de printer goed is aangesloten op de computer.
366