Inhoudsopgave
Advertenties
PowerG-zender
Bij een alarm (detectie van glasbreuk) wordt een digitaal bericht verzonden, samengesteld uit het identificatienummer van de PowerG, gevolgd door
diverse markers voor de status en het type van het bericht. De alarm- en andere gegevens worden naar de draadloze alarmcentrale verzonden.
De GB-502 Pg wordt beschermd door een sabotageschakelaar op de achterzijde. De schakelaar wordt geactiveerd wanneer het deksel wordt ver-
wijderd of de basis met geweld van de muur wordt losgemaakt. In een sabotagesituatie wordt een bericht verzonden met de marker 'sabotagealarm'
AAN.
Een periodiek supervisiebericht met een specifieke marker wordt automatisch verzonden. Op die manier wordt de draadloze centrale met regel-
matige intervallen geïnformeerd over de actieve deelname van de sensor aan het systeem.
Tijdens elke melding van events brandt een tweekleurige led. De led brandt niet wanneer een supervisiebericht wordt verzonden.
Installatie
De detectie optimaliseren en valse alarmen voorkomen
Vermijd voor de beste detectie een installatie in:
Kamers met gevoerde, isolerende of geluiddempende gordijnen.
l
Kamer met gesloten houten binnen luiken.
l
Voor de beste immuniteit voor valse alarmen:
Vermijd toepassingen in een 24-uurs lus (perimeterlussen zijn OK).
l
Niet gebruiken in omgevingen met 'wit geluid', zoals dat van luchtcompressoren (het blazen van een luchtcompressor kan een vals alarm uit-
l
lokken)
Vermijd kamers die kleiner zijn dan 3 x 3 m en kamers met meerdere geluidsbronnen, zoals kleine keukens, luidrustige glazen cellen, garages,
l
kleine badkamers enz.
Te mijden omgevingen:
Glazen luchtsassen en glazen vestibules
l
Lawaaierige keukens
l
Residentiële autogarages
l
Kleine technische lokalen
l
Trappenhuizen
l
Kleine badkamers
l
Gebruik voor dergelijke toepassingen schoksensoren op de vensters of ramen.
l
Niet in vochtige lokalen installeren
De draadloze GP-502 PG2 is niet hermetisch afgesloten. Een teveel aan vocht op de printplaat kan kortsluiting en een vals alarm veroorzaken.
Vermijd toepassingen in een 24-uurs lus
De GB-502 PG2 is aanbevolen voor perimeterlussen en is ontworpen om in bewoonde lokalen te functioneren. In toepassingen met een 24-uurs lus,
waarin de sensor dag en nacht actief is, zal de technologie die valse alarmen voorkomt tot het uiterste worden belast. Sommige geluiden repliceren
het patroon van brekend glas dat de akoestische sensor detecteert.
Installeer de GB-502 PG2 in een perimeter lus die samen met de deur- en venstercontacten wordt ingeschakeld.
Bewoonde lokalen beveiligen
De immuniteit voor valse alarmen werkt het best in kamers met matig geluid. Gebruik schoksensoren voor de beveiliging van lokalen die 24 uur per dag
worden gebruikt.
Correct testen
De GB-502 PG2 is ontworpen om het breken van in een buitenmuur gemonteerd ingelijst glas te detecteren. Het testen van de sensor met niet
ingelijst glas, gebroken flessen enz. zal de sensor misschien niet activeren. De sensor reageert normaal niet op het breken van glas in het midden van
een kamer. Een inbreker zal geen glas breken in het midden van een kamer, zodat dergelijke geluiden als een vals alarm worden beschouwd.
OPMERKING: De GB-502 PG2 zal misschien niet altijd barstend glas detecteren of kogels die het glas doorboren. Een glasbreukdetector moet altijd
worden aangevuld met een beveiliging aan de binnenzijde.
Voor de beste immuniteit voor valse alarmen moet de sensor op ten minste 1,2 m van geluidsbronnen (televisietoestellen, luidsprekers, gootstenen,
deuren enz.) worden geïnstalleerd. De sensor moet altijd in een directe gezichtslijn met de beveiligde vensters worden geïnstalleerd. Hij kan een glas-
breuk om een hoek, in andere kamers enz. niet consistent detecteren. Voor- of achterwaarts, op of neer richten is niet noodzakelijk.
Rekening houden met de verplaatsing van het geluid
Aangezien het geluid van brekend glas zich in een rechte vanaf het gebroken venster verplaatst, is de tegenoverliggende muur de beste locatie voor
de montage van de sensor - in de veronderstelling dat het beveiligde glas zich binnen het bereik en in de gezichtslijn van de sensor bevindt. Bij een
montage op de tegenoverliggende muur, moet de sensor op ten minste 1,8 m boven de vloer worden geplaatst, maar niet dichter dan 15 cm bij het
plafond. Het plafond heeft eveneens goede sensorlocaties. Een plafondsensor zal beter detecteren als hij op 2-4 m van het beveiligde glas in de kamer
D-306224 GB-502 PG2 Instructies voor installatie
2
Advertenties
Inhoudsopgave
