5. Veiligheidsvoorschriften
Bij beschadigingen ten gevolge van niet-naleving van deze gebruiks-
aanwijzing vervalt uw garantie! Voor gevolgschade aanvaarden wij geen
enkele aansprakelijkheid!
Bij materiële schade of persoonlijke ongelukken, die door onoordeelkundig
gebruik of niet-naleving van de veiligheidsvoorschriften veroorzaakt
werden, aanvaarden wij geen enkele aansprakelijkheid. In dergelijke
gevallen vervalt elk recht op garantie.
Geachte klant: de volgende veiligheids- en gevarenvoorschriften hebben niet enkel de
bescherming van uw gezondheid, maar ook de bescherming van het product tot doel.
Gelieve de volgende punten aandachtig te lezen.
• Werkzaamheden aan onderdelen die onder spanning staan mogen enkel
gedaan worden door personen die een overeenkomstige opleiding gevolgd
hebben. Als u geen dergelijke opleiding gevolgd heeft, moet u voor deze
werkzaamheden een bevoegde elektromonteur consulteren.
• Voor de aansluiting van het product op de netspanning (enkel 230V~/50Hz)
en op de verbruiker(s) zijn er werkzaamheden op de netspanning of aan
onderdelen die bij de werking onder spanning staan noodzakelijk.
Schakel eerst de stroomkring uit waarin het product ingelast zal worden.
Hiertoe moet de bijbehorende zekeringautomaat uitgeschakeld of de betref-
fende netzekering in de verdeler van het huis verwijderd worden. Activeer
bijkomend de betreffende FI aardlekschakelaar zodat de stroomkring vol-
ledig van het energiebedrijf losgekoppeld is.
Zorg ervoor dat er niemand per ongeluk de stroomkring weer kan inschakelen
(waarschuwingsnota op de verdeler in het huis, mechanische blokkering, enz.).
Controleer daarna de betreffende stroomkring of deze volledig spanningsvrij
is (b.v. met een geschikt meetinstrument).
Hetzelfde geldt ook als de zekering vervangen moet worden!
• Om veiligheids- en vergunningsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen
en/of veranderen van het product niet toegestaan. Hierdoor zal daarenboven
de garantie vervallen.
• Het product is geen speelgoed en is niet geschikt voor kinderen. Kinderen
kunnen de gevaren niet inschatten die ontstaan bij het gebruik van elektri-
sche apparaten.
6