3. Veiligheidsmaatregelen
Onderstaande regels zijn belangrijk om gevaar op letsel en beschadiging te voorkomen.
1.
Lees voor gebruik de handleiding.
2.
Laat ervaren personen de klem aan het voertuig monteren.
3.
Laat het gebruik over aan ervaren personen.
4.
Gebruik de klem alleen voor balen.
5.
Controleer direct na het monteren van de klem of het hydraulisch systeem goed
werkt.
6.
Volg de aanwijzingen op voor gebruik (hoofdstuk 6).
7.
Het werkbereik van de machine is vijf meter
▪ zorg ervoor dat zich daarbinnen geen personen bevinden!
8.
Bedien de balenklem uitsluitend vanuit de cabine van het voertuig.
9.
Houd de regels voor de maximale belasting aan (hoofdstuk 2).
10. Wees alert op lekkage van olie:
▪ controleer de hydraulische slangen en cilinders minimaal eenmaal per dag
11. Vervang beschadigde of versleten leidingen en cilinders direct.
12. Volg de onderhoudsvoorschriften op (hoofdstuk 7).
13. Houd er rekening mee dat het zicht van de bestuurder recht vooruit geblokkeerd is
wanneer er balen in de klem zitten.
14. Bij rijden met de balenklem over langere afstanden of op de openbare weg:
▪ geen balen in de klem!
15. Bij achteruitrijden:
▪ let op dat er geen mensen achter het voertuig staan
Bouw de stapel stro- of hooibalen stabiel, zodat hij niet kan omvallen.
De bestuurder dient op de hoogte te zijn van de regels bij het heffen en hijsen
van zware lasten.
balenklem Rambo 2, 3, 4, 4D en 6 – NL
6