3. Firmware van de cloud monitor base
• Diagnostics (Diagnose)
Met deze optie kunt u problemen met het apparaat oplossen.
• Information (Informatie)
Met deze optie kunt u bepaalde details over het apparaat bekijken.
• User Settings (Gebruikersinstelling)
Met deze optie kan de gebruiker de modus voor certificaatcontrole, muis, toetsenbord,
schermtopologie en de beeldkwaliteit voro het PCoIP-protocol instellen.
Venster Configuration (Configuratie)
Met de optie Configuration (Configuratie) van de Administrative Web Interface en de OSD kunt u
meerdere instellingen voor het apparaat configureren.
Tabblad Network (Netwerk)
U kunt de netwerkinstellingen voor host en client vinden in de pagina Initial Setup (Eerste installatie) of
Network (Netwerk). Klik om uw wijzigingen toe te passen op Apply (Toepassen) nadat u de instellingen
op deze pagina hebt gewijzigd.
• Enable DHCP (DHCP inschakelen)
Als DHCP inschakelen is geactiveerd, maakt het apparaat contact met een DHCP-server voor het
toewijzen van een IP-adres en DNS-servers. Als dit is uitgeschakeld, moet u deze parameters met
de hand instellen.
10