3. VEILIGHEID
3.1 Algemeen
!Let op
-
-
3.2 Voorschriften
Installeer het toestel volgens de geldende nationale, lokale en bouwkundige (installatie)voorschriften.
3.3 Voorzorgsmaatregelen / veiligheidsinstructies bij installatie
Volg de onderstaande voorzorgsmaatregelen/veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op:
Ø
Installeer en onderhoud het toestel alleen als u een erkende en vakbekwame installateur op het gebied van
gasverwarming en elektriciteit bent;
Ø
breng geen wijzigingen aan het toestel aan;
Ø
indien u een inbouwtoestel installeert;
-
-
-
-
-
-
Ø
indien u een toestel, type B11, met open verbranding installeert: gebruik een geschikt
verbrandingsgasafvoersysteem dat voorzien is van het CE-label;
Ø
indien u een toestel installeert met gesloten verbranding: gebruik uitsluitend de door DRU geleverde
concentrische systemen;
Ø
indien u een vrijstaand toestel installeert: plaats het toestel op de minimaal aangegeven afstand vanaf de
achterwand zoals verderop in de tekst aangegeven;
Ø
dek het toestel niet af en/of pak het niet in met een isolatiedeken of enig ander materiaal;
Ø
houd brandbare objecten en/of materialen op minimaal 500 mm afstand van het toestel;
Ø
gebruik uitsluitend de bijbehorende hout-/kiezelset en plaats deze exact volgens de beschrijving;
Ø
laat de ruimte rondom de ionisatie- en de ontstekingspen vrij;
Ø
zorg ervoor dat er geen vuil in de gasleidingen en aansluitingen zit;
Ø
plaats een gaskraan conform de geldende voorschriften;
Ø
controleer de complete installatie op gasdichtheid vóór ingebruikname;
Ø
voorkom, indien uw toestel hiervan voorzien is, het blokkeren van de drukvereffeningsluik(en) aan de boven-
en/of onderkant van het toestel en controleer of deze goed aansluit(en) op het afdichtingsvlak voordat u het
toestel inbouwt;
Ø
ontsteek het toestel niet voordat het volledig gastechnisch, afvoertechnisch en elektrotechnisch is geïnstalleerd,
volg eerst de procedure zoals beschreven in hoofdstuk 7.3;
Ø
vervang een gescheurde of gebroken ruit.
In geval van een gescheurde of gebroken ruit mag het toestel niet gebruikt worden.
!Let op
NL
Houdt u zich aan de algemeen geldende voorschriften en aan de voorzorgsmaatregelen/veiligheids-
instructies in deze handleiding.
Controleer eerst in Bijlage 2, Tabel 2 de exacte technische uitvoering van het te installeren toestel.
gebruik onbrandbaar en hittebestendig materiaal voor de boezem inclusief de bovenkant van de boezem,
het materiaal ín de boezem en de achterwand waartegen het toestel wordt geplaatst. Zowel plaatmateriaal
als steenachtige materialen zijn hiervoor mogelijk;
neem afdoende maatregelen om te hoge temperaturen van een wand achter de boezem te voorkomen,
inclusief de materialen en/of voorwerpen die zich achter de wand bevinden;
houd rekening met de minimaal vereiste inwendige afmetingen van de boezem;
ventileer de boezem door middel van ventilatieopeningen met een gezamenlijke doorlaat zoals verderop in
de tekst aangegeven;
gebruik hittebestendige elektrische aansluitingen;
plaats hittebestendige elektrische aansluitingen vrij van het toestel en zo laag mogelijk in de boezem. Dit in
verband met de temperatuurontwikkeling in de boezem.
IN S TA L L AT IE HA N DL E I DI N G