Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Tabel Voor Opsporen Van Fouten - Heta SCAN-LINE 800 Series Bedienings- En Installatiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor SCAN-LINE 800 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

1.18 Tabel voor opsporen van fouten

Fout
Aanmaakproblemen bij koude
kachel – er komt rook de kamer
binnen. Als de brandkamer een-
maal warm is geworden, brandt
de kachel prima.
De kachel brandt goed, maar er
is roetvorming op de glazen ruit.
De kachel begint slecht te
branden na de aanmaakfase en
de glazen ruit raakt langzaam
bedekt met roet.
De vermiculietplaten in de
brandkamer raken versleten.
Te snelle verbranding
De vermiculietbekleding in de
brandkamer vertoont barsten.
De stalen oppervlakken in de
brandkamer vertonen sporen
van roest.
De kachel maakt een
fluitend geluid
De kachel maakt knalgeluiden
De kachel maakt een tikkend
geluid
De kachel maakt een
krakend geluid
De oven verspreidt een scherpe
geur en er komt damp vanaf.
Condensvocht in de brand-
kamer.
Condens uit de rookgasafvoer.
Bewegende delen piepen.
12
Oorzaak
Onvoldoende trek in de
schoorsteen – de trek wordt
pas optimaal als de schoors-
teen ook warm is.
Te lage verbrandings-
temperatuur.
Roet in de rookgasafvoer.
Onvoldoende trek in de
schoorsteen.
Onvoldoende luchttoevoer.
Nat brandhout.
Te grote stukken brandhout.
Onvoldoende luchttoevoer
naar het woonvertrek. Af-
zuigkap, tochtdichting etc.
Hout en rookgassen kun-
nen slijtage van vermiculiet
veroorzaken.
Te veel trek in de schoor-
steen.
De pakking van de deur of
van de aslade is defect.
Beschadiging tijdens het
vullen met brandhout.
De temperatuur in de brand-
kamer is te hoog.
Te veel trek in de
schoorsteen.
Meestal spanning in de
metalen platen.
Dit komt door natuurlijke
uitzetting en krimp ten
gevolge van de temperatuur.
De temperatuur in de brand-
kamer is te hoog.
De verf op de kachel is nog
niet helemaal gehard.
Vocht in de vermiculiet-
platen.
Nat brandhout.
De buis is te lang of de scho-
orsteen is te koud.
Vochtig hout.
Gebrek aan smering.
- geldt voor alle soorten kachels
Fout zoeken
Test met een aansteker of de vlam in de
brandkamer wordt getrokken.
Controleer de gestookte hoeveelheid hout en
de instelling van de luchtregeling.
Controleer de rookgasafvoer regelmatig: dit
probleem ontstaat geleidelijk.
De fout ontstaat in de regel al direct bij het
aanmaken. Laat de schoorsteen vegen.
Controleer de luchttoevoer.
Gebruik uitsluitend schoon, droog hout met
een vochtigheidsgehalte van maximaal 20%.
Optimale grootte - zie paragraaf over brand-
hout en maximale diameter van 10 cm.
Zorg voor voldoende frisse lucht: zet een
raam open en/of controleer de toevoer van
buitenlucht naar de kachel.
Onderzoek of de slijtage normaal is.
Open het schoonmaakluik om dit te testen -
maar vergeet niet het ook weer dicht te doen.
Zet een stuk papier klem in de deur van de
kachel als deze koud is. De pakking moet het
papier kunnen vasthouden, zodat het niet uit
de deur valt. Normale slijtage.
Normale slijtage.
Er is ongeschikte brandstof gebruikt (zoals
bv. kolen). Controleer de gebruikte hoeveel-
heden brandstof; lees de gebruiksaanwijzing.
Open het schoonmaakluik om dit te testen -
maar vergeet niet het ook weer dicht te doen.
Treedt in de regel alleen op bij warm worden
en afkoelen van de kachel.
Het geluid is normaal.
Gebruik minder brandhout. Controleer ook de
pakking in de aslade.
Raadpleeg het gedeelte over de eerste keer
stoken in de gebruiksaanwijzing.
Controleer de toestand van het vermiculiet.
Meet het vochtgehalte.
Controleer de lengte en het warmteverlies van
de rookgasafvoer.
Meet het vochtgehalte.
Welk onderdeel.
Oplossing
Verbeter de schoorsteen.
Gebruik kleine(re) houtjes bij het aan-
maken en reduceer de toevoerlucht
niet te snel. De ruit wordt vanzelf weer
schoon als er een tijdje met de juiste
hoeveelheden hout en toevoerlucht is
gestookt.
Maak de rookgasafvoer regelmatig
schoon en vermijd waar mogelijk hori-
zontaal buisverloop. Vermijd het gebruik
van brandstof die grote hoeveelheden as
veroorzaakt.
Optimaliseer de schoorsteentrek.
Lees de gebruiksaanwijzing en instrueer
alle gebruikers van de kachel.
Laat brandhout bij voorkeur ten minste
2 jaar drogen nadat het is gekloofd.
Gebruik kleinere stukken brandhout.
Zet, al naar gelang de oorzaak, een
raam open of maak het kanaal voor
toevoer van buitenlucht schoon
Normale slijtage en kleine haarscheur-
tjes vormen geen probleem. De stenen
moeten worden vervangen als er metaal
zichtbaar wordt aan de binnenzijde van
de brandkamer.
Meet de trek in de schoorsteen en
monteer eventueel een smoorklep in het
rookgaskanaal.
Vervang de pakking.
De barsten zijn uitsluitend cosmetisch.
Vervang de platen als het metaal aan
de binnenzijde van de brandkamer
zichtbaar wordt.
Bij zichtbare scheuren of verzwakking
in de structuur van de kachel moet de
kachel worden vervangen
Installeer een smoorklep.
Stel de metalen platen af.
Zorg ervoor dat de temperatuur in de
brandkamer zo constant mogelijk is.
Zie de gebruiksaanwijzing.
Zorg voor voldoende frisse lucht.
De platen worden vanzelf droog nadat
de kachel een paar keer is gebruikt.
Gebruik droog brandhout.
Verbeter het verloop van de rookgasaf-
voer en/of isoleer de schoorsteen.
Gebruik droog brandhout.
Smeren met grafietspray.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave