Gebruikershandleiding
1. Laad papier in de printer.
Belangrijk:
c
Configureer de instellingen voor het papier op het bedieningspaneel.
2. Ga in het startscherm naar Kopiëren met de knop
3. Druk op de knop OK, selecteer Foto's kop./herst. met de knop
4. Selecteer met de knop
OK.
5. Leg de foto's op de scannerglasplaat.
x
6. Druk op de knop
.
De foto's worden gescand en weergegeven op het scherm.
7. Druk op de knop OK en druk vervolgens op de knop
het papierformaat en papiertype, en pas de instellingen zo nodig aan. Selecteer de instellingen met de knop
d
of
, pas de instellingen aan met de knop
Opmerking:
Als u bij het afdrukken een deel van de foto wilt vergroten, selecteert u
u
d
knop
of
en druk vervolgens op de knop OK. Verplaats het kader voor het afdrukgebied met de knop
r
en druk vervolgens op de knop OK.
x
8. Druk op de knop
.
Gerelateerde informatie
"Papier laden in de Papiercassette" op pagina 28
&
"Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen" op pagina 33
&
"Modus Kopiëren" op pagina 17
&
u
d
of
of de kleur van de foto's moet worden opgefrist en druk vervolgens op de knop
l
r
of
Kopiëren
l
r
of
en druk vervolgens op de knop OK.
l
r
of
en druk vervolgens op de knop OK.
d
in het scherm erna. Controleer de instellingen, zoals
en druk vervolgens op de knop OK.
r
. Selecteer de grootte van het kader met de
68
u
u
d
l
,
,
of