Als zich een storing voordoet in een belangrijk deel
van de ontruimingsinstallatie schakelt het
ontruimingspaneel de interne zoemer in en gaat de
led ALGEMENE STORING branden en eventueel
nog andere storingsleds die betrekking hebben op de
storing. De storingsuitgang op het ontruimingspaneel
wordt eveneens geactiveerd (als deze niet is
uitgeschakeld). De diverse storingen die door het
ontruimingspaneel kunnen worden aangegeven,
worden hieronder beschreven.
Algemene storing
De led ALGEMENE STORING knippert als zich een
storing in een deel van de ontruimingsinstallatie
voordoet. Het brandt altijd tegelijk met tenminste één
andere storingsled dat gedetailleerder aangeeft wat
voor soort storing is opgetreden.
Zone storing
De betreffende zone storingsled knippert als er een
bedradingsprobleem is.
Storing voeding
De led STORING VOEDING knippert als de
netvoeding niet werkt of de noodaccu's of de
acculader defect zijn. Als de netvoeding niet
functioneert, zal het ontruimingspaneel nog werken
totdat de noodaccu's leeg zijn. Als de accu's of de
acculader tegelijk met de netvoeding defect raken,
zal het ontruimingspaneel niet werken.
Opmerking:
Bij het gebruik van het ontruimingspaneel
zonder voeding is deze functie niet actief.
Storing processor
De led PROCESSOR STORING knippert als de
microprocessor van het ontruimingspaneel is gereset
(meestal na een elektrische storing) of als de inhoud
van het geheugen is verminkt. Deze storing kan
alleen worden opgelost door op de knop RESET te
drukken. Als de storing zich binnen twee minuten
opnieuw voordoet, wijst dit op een verminkt
geheugen en moet deskundig advies worden
ingewonnen.
Ingang storing
De betreffende led INGANG STORING knippert als
er een storing is ontdekt in de bedrading op het
overdrachtspad van de ingang (dit geldt ook als er
gebruik gemaakt wordt van de seriële
communicatie). De verbinding tussen een extern
paneel (indien aanwezig) en het hoofdpaneel is
defect. Afhankelijk van de plaats waar de storing is
opgetreden, kan het zijn dat sommige of alle
ingangen niet meer juiste werken.
In het geval van een storing
Schakel de interne zoemer van de
brandmeldcentrale uit door op de knop ZOEMER UIT
te drukken (de brandmeldcentrale hoeft hiervoor niet
in bedieningsniveau twee te staan).
Noteer de storing(en) in het logboek en onderneem
de juiste actie om deze te verhelpen. Zie de alinea
Gebruikersverantwoordelijkheden op pagina 5.
Als alle storingen zijn verholpen, gaan de leds
STORING uit en stopt de interne zoemer van het
ontruimingspaneel (indien deze nog niet is
uitgeschakeld). Als het ontruimingspaneel is gereset,
zullen alle nog bestaande storingen weer verschijnen
en moeten de bovengenoemde stappen worden
herhaald.
Ajax Brandbeveiliging B.V. – Gebruikershandleiding EVP – MH EVP (mei 2002)
Storingen 6
9