7.
Veiligheidsmaatregelen
Controleer vaak soorten verbindingen als er gaslekkage is
7.1
Preventie van gasongevallen
1. Het gas type moet hetzelfde zijn als aangegeven op de
geiser. Wijzig het gas type van de geiser niet.
2. Controleer of de brander na gebruik is uitgeschakeld en
vergeet niet om alle gaskleppen uit te schakelen.
3. Controleer regelmatig op gaslekken. Als er een gaslek is
gevonden, zet alle gaskleppen uit en open deuren en ramen
onmiddellijk. Ontsteek de geiser niet of raak de schakelaar van
het elektrische apparatuur niet aan, zoals de afzuigventilator en
de stekkers. Vlam of ontbranding zal brand en ontploffing
veroorzaken.
4. Controleer regelmatig op scheuren in de gaspijp. De gasslang
moet eenmaal per jaar worden vervangen.
5. Sluit bij gebruik van propaan/butaan-geisers de verwarming af
als de vlam onstabiel is. De gasdrukregelaar kan defect zijn.
Vervang deze of ga op zoek naar een technisch vakman.
6. Voor gebruikers van de NG-verwarmer: sluit de kachel als de
vlam onstabiel is. Gasdruk in de gasleiding is niet stabiel.
Doorgaan met gebruik van de kachel kan storingen of
ongelukken veroorzaken.
7.2
Brandpreventie
1. Verlaat het huis nooit en ga niet naar bed als de vlam van
de geiser brandt.
2. Het is verboden om brandbare objecten zoals handdoeken
en kleding op de uitlaatpoort en luchttoevoerpoort van de
geiser te plaatsen.
3. Bewaar geen brandbare, explosieve of vluchtige materialen
op de plaats waar de geiser is geïnstalleerd.
4. Gebruikers van vloeibaar gemaakt petroleumgas mogen de
gas-cilinder niet gieten of vloeibaar maken. Anders, wanneer
vloeibare brandstof zich ophoopt in de binnenste laag van de
fles, zal deze gemakkelijk in de geiser worden gebracht en
brand veroorzaken.
7.3
Preventie van CO vergiftiging
1. De geiser is geforceerd van het type uitlaat. De uitlaatpijp moet worden gebruikt om lucht aan te zuigen en de
verbranding te ontladen. Als u dit niet doet, kan dit letsel of de dood tot gevolg hebben. Gebruik alstublieft een
gecertificeerd drukontlastingsventiel.
2. Er moet correct gas worden gebruikt. Gebruik geen ander gas dan de op het etiket vermelde gassen. Verschillende
soorten gas of gas uit verschillende regio's kunnen niet worden gemengd.
3. Ontlaad de verbranding niet in het ventilatiebereik van het gebouw.
4. Wegens langdurig gebruik blokkeren stof en koolstofafzettingen de warmtewisselaar, waardoor de
verbrandingsomstandigheden worden beïnvloed, wat resulteert in een aanzienlijke toename van koolmonoxide. Vraag
de professionele technicus om elke 6 maanden de warmtewisselaar te reinigen om een betere prestatie te
garanderen.
5. De geiser moet verticaal worden geïnstalleerd. Schuin geplaatst veroorzaakt vlamcontact met de warmtewisselaar,
die een aanzienlijke toename van CO kan veroorzaken.
6. Wanneer onnatuurlijk gas of aardgas wordt gebruikt, is het waarschijnlijk dat als de gastoevoerdruk onvoldoende is,
dit zal leiden tot vermenging, wat de normale werking van de gasgeiser zal beïnvloeden. Op dit moment verandert de
vlam van blauw in geel met een "piepje" van de brander, een abnormaal geluid dat gemakkelijk koolmonoxide uitstoot
en de CO enorm zal verhogen. Stop alsjeblieft om de gasgeiser tijdelijk te gebruiken.
7.4
Voorkom brandwonden
1. Houd rekening met heet water als u afwisselend heet water gebruikt of als u de temperatuur in een hoge
temperatuurzone instelt.
2. Raak de gebieden buiten het display niet aan vlak nadat de kachel is uitgeschakeld.
10
3. Raak de uitlaatpijp niet aan vlak nadat de kachel is uitgeschakeld.
Lichten uit
geeft geen
vlam aan
Gasklep
Controleer of er geen vuur is en sluit
de gasklep
Controleer vaak soorten
verbindingen op gaslekkages