• Breng het gewenste opzetstuk aan
op het apparaat.
• Als u reinigingsmiddel wilt gebrui-
ken, brengt u dit nu aan op het te
reinigen oppervlak.
• Schakel het apparaat in door op de
AAN/UIT-toets (C) te drukken.
• Leid nu het betreffende opzetstuk
met lichte druk over het te reinigen
gedeelte.
• Schakel het apparaat na het gebruik
uit door nog een keer op de AAN/
UIT-toets (C) te drukken.
Reinig het apparaat en de gebruikte
opzetstukken na ieder gebruik volgens
de aanwijzingen in het hoofdstuk
"Onderhoud, reiniging en verzorging".
17