KNX
5. Inbedrijfstelling
Bij inbedrijfstelling herkent de justeerroutine van de regelaandrijving de
klepstand van de klep bij gesloten en volledig geopende positie.
Vervolgens wordt de via de instabus EIB ontvangen regelvariabele via
een parametriseerbare karakteristiek op de effectieve klepslag dan wel
aan de gelineariseerde volumestroom gekoppeld. Na een ingesteld
aantal positiewijzigingen doorloopt de aandrijving automatisch de
justeerroutine.
6. Functionaliteitstest
•
De service-LED (1) is via programmeermagneet (2) op
activeringspunt (3) aanraakvrij activeerbaar
(busspanningscontrole).
•
Knipperen van de service-LED kan aandrijvingsfouten signaleren
(software-afhankelijk).
Het apparaat kan niet worden geopend zonder het te beschadigen!
Technische wijzigingen voorbehouden.
7. Technische gegevens
Voeding instabus EIB: 21-32 V DC
Vermogensopname :
Aansluiting (geconfectioneerde aansluitleiding)
Type
Lengte
Draadtoewijzing
instabus KNX +
instabus KNX -
binaire ingang 1
GND 1
binaire ingang 2
GND 2
Mechanisme
slag
regelkoppel
Looptijd
Beveiligingsgraad
Beveiligingsklasse
Inbouwpositie
Bevestigingswijze
Binaire ingangen
aantal
signaalstroom
signaalspanning
kabellengte
Motor-stelventielaandrijving
max. 240 mW
:(J) EYY-OB 3 x 2 x 0,6
:1 m
:rood (rd)
:zwart (bk)
:groen (gr)
:wit (wh)
:geel (ye)
:bruin (br)
:min. 1,0 mm
max. 4,2 mm
:afgestemd op thermostaatkleppen kleppen
met sanebdruckbare pakking F
:25 s / mm
:IP 42 conform EN 60529(IP 43 bij verticale
plaatsing)
:III conform EN 60730
:staand - liggend
:Kartelmoer M30 x 1,5
:2
:ca.1 mA pro kaanal
:ca. 21V impulsen / 5ms
:max. 10 m
Art.nr.: 2176 SV
= 120N
Nenn
3