AANSLUITINGEN:
OPMERKING: LAAT DE DEUR OPEN TOT DE INSTALLATIE COMPLEET BEËINDIGD IS
EN U MEERDERE MALEN DE FUNCTIE TEST HEEFT UITGEVOERD.
Opmerking: Weerstanden R1 t/m R5 zijn niet aanwezig en dienen zelf op het board
geïnstalleerd te worden.
A) Verbindingen/ aansluitingen aan extern system:
De slot-schoot status (open/gesloten) wordt gegeven door 10 (C), 9 (NC) en 11 (NO).
Gebruik eindweerstand R1 voor sluiten en R2 voor openen. Bij dubbel-weerstand-
systeem is de 2e weerstand gesoldeerd van C naar R1 of R2, al naar gelang wat korter
is wanneer de schakelaar in „gesloten" positie staat.
Sabotagecontrole (incl. box-dekselschakelaar) wordt gegeven door 12 en 13. Een
schakelaar controleert of de achterzijde van de kluisdeur verwijderd/ geopend wordt
(d.m.v. een magneet of een positie schakelaar) kan op 4 en 5 aangesloten worden. Is
zo'n schakelaar niet aanwezig dan dienen 4 en 5 doorverbonden te worden.
Deur status wordt gegeven door 14 en 15. Deurschakelaar (magneet of
positieschakelaar) wordt aangesloten op 6 en 7. Eindweerstand is R4.
Spersignaal (9-15V, 5mA) wordt aangesloten op 16 (+) en 17 (-). Als op 16 en 17 een
spanning wordt aangelegd zal het slot niet openen.
Stil alarm-signaal komt van 18 en 19 (opent voor 1 seconde). Eindweerstand in R5.
8 is een vrije verbinding.
B) Slot-verbindingen:
De 4-polige stroomkabel van de 334 box in de "BAT" aansluiting op het slot
aansluiten. Eventuele aanwezige kabels in deze aansluiting verwijderen.
Aansluitingen verbinden van schoot-schakelaar naar 1 (NC), 2 (C) en 3 (NO).
C) Stroomvoorziening:
Stroomvoorzienings-verbinding. (9-15V DC, 500mA) naar 20 (+) en 21 (-).
Ver. 1.2 20220523
334
3