2.2.3
Onderhoud
Grundfix-keerklep type 1
3
Afb. 2: Juiste inbouwplaats van de keerklep
1 - Straat = terugstroomniveau
2 - Terugstroomveilig gebied
3 - Aansluiting bovenste etages
4 - Terugstroomgevaarlijk gebied
5 - Bescherming tegen terugstroming door keerklep
De aansluiting van de bovenste etage (3) aan de basisleiding moet
tussen keerklep en riolering binnen het gebouw plaatsvinden (5) – alleen
zo is de correcte functie van het afvoersysteem gewaarborgd. Opdat de
afvoer permanent gewaarborgd is, mogen keerkleppen niet als centrale
beveiliging van een gebouw met boven het terugstroomniveau (1) geïn‐
stalleerde afvoeronderdelen worden gebruikt – in geval van terugstro‐
ming zou een overstroming in het gebouw kunnen ontstaan door niet
afgevoerd afvalwater (4).
Zie
Ä „Regelgeving uit de paragraaf: inbouwplaats en inbouwvoor‐
waarden" op pagina 5
Keerklepbeveiligingen moeten zo worden ingebouwd dat ze te allen
tijde bereikbaar en toegankelijk zijn.
Voor de veilige werking moet twee keer per jaar een onderhoud worden
uitgevoerd. Zie hiervoor
Ä Hoofdstuk 3.3.1 „Onderhoud" op pagina 10
2
4
5
Productinformatie
1
7