Weergave
Fig.1: In deze afbeelding zijn alle segmenten van het LCD-scherm te zien. Bij normaal gebruik wordt alleen de relevante informatie weergegeven.
Afhankelijk van het programma worden de volgende parameters weergegeven:
•
Programma: Programmanummer
•
Tijd: huidige toegevoegde trainingstijd of resterende effectieve trainingstijd. Een pijlsymbool geeft de telrichting aan.
•
Hartslag: Hartslagweergave als u een hartslagzenderriem draagt. Hand- of oorpulssystemen zijn niet beschikbaar bij de
motion cycle 100 med. Het hartslagdisplay laat duidelijk zien in welke hartslagzone je je bevindt. Bij puls 130 is de
balkweergave tot het midden gevuld. Bij programma's met pulsatiepresets geeft het midden van het staafdisplay de
betreffende doelpulsfrequentie weer.
•
Watt: Het vermogen wordt weergegeven in watt op het display. Naast de digitale display wordt de intensiteit ook
aangegeven door een grafische balk.
•
Km/u: De fictieve snelheid wordt weergegeven in km/u. De snelheid wordt ook weergegeven in een grafisch
staafdiagram. Parallel aan de digitale weergave wordt de snelheid ook weergegeven in een grafisch staafdiagram.
•
Snelheid: pedaalomwentelingen per minuut
•
KM: Afhankelijk van het programma wordt de toegevoegde of resterende afstand weergegeven in het weergaveveld.
De weergave is in meters; vanaf 1000m in stappen van 10m (1,00 km).
•
K-Cal: Afhankelijk van het programma wordt het toegevoegde of resterende calorieverbruik op het display
weergegeven.
•
Level: Weergave van het huidige intensiteitsniveau 1 - 21.
•
Chipkaart: Het chipkaartsymbool verschijnt wanneer een opslagmedium wordt ingebracht.
•
: Als dit symbool wordt toegevoegd aan de digitale displays, zijn dit gemiddelde waarden van de trainingssessie.
Snelstart
Het displaypaneel wordt geactiveerd door te gaan trappen of het LCD-scherm is ingeschakeld en wordt nog steeds gevoed door
de accu.
Als je gewoon begint met trainen, zit je in het snelstartprogramma, waarin je kunt trainen zonder verdere invoer. De weerstand
kan in het snelstartprogramma worden aangepast met de +/knoppen.
Programmeren op de monitor
De programmering wordt gestart met Prog en vervolgens wordt het gewenste programma geselecteerd met +/-. Het
programmanummer knippert in het bijbehorende displayveld.
ENTER bevestigt de programmakeuze. Alle benodigde parameters worden nu opgevraagd. De in te stellen parameter knippert.
De weergegeven waarden worden gewijzigd met +/-. Bevestig met ENTER. Wanneer de laatste invoer is bevestigd, start het
programma automatisch.
De weerstand wijzigen
Behalve bij het volautomatische pulsprogramma kan de weerstand op elk moment handmatig worden gewijzigd met de +/-
knop. In het snelheidsafhankelijke Quickstart-programma gebeurt dit via een versnelling/stap selectie van 1-21, in het
snelheidsonafhankelijke wattage-programma door het invoeren van het gewenste wattage.
Gebruiksaanwijzing motion cycle 100 med
Pagina 8 van 15
Versie 2.0