DIMLUX XTREME SERIES LED
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSMAATREGELEN
& VERKLARING VAN SYMBOLEN
•
Het is belangrijk dat u deze handleiding aandachtig leest voordat u
een Dimlux Xtreme Series LED-systeem probeert te installeren of te
bedienen.
•
Bewaar deze handleiding na een succesvolle installatie en
configuratie van het systeem op een veilige plaats voor toekomstig
gebruik. Veiligheid is een sleutelcomponent voor een langdurige en
probleemloze installatie.
•
Het is belangrijk dat u de volgende veiligheidsmaatregelen leest,
volledig begrijpt en in acht neemt. Als u zich niet op uw gemak voelt
bij de installatie van hoogwaardige verlichtingssystemen, dient u de
hulp in te roepen van een gekwalificeerde installatieprofessional.
•
LET OP: Raak het armatuur nergens anders aan dan het
controllergebied terwijl het in werking is.
•
Sluit het systeem alleen aan op stroombronnen met de juiste
spanning en gebruik het ontvangen AC-stekkertype. Zorg ervoor
dat stroomkabels niet bekneld raken, erop lopen of anderszins
beschadigd raken. Wees vooral voorzichtig waar de voedingskabel
het stopcontact en het apparaat binnengaat. Sluit het systeem alleen
aan op een stopcontact of verlengsnoer van het juiste type en
vermogen.
•
Omzeil het veiligheidsdoel van een geaarde of gepolariseerde
stekker NIET door aardpennen te verwijderen of onveilige adapters
te gebruiken. Een gepolariseerde stekker heeft twee pinnen: de ene
is breder dan de andere. Een geaarde stekker heeft naast de twee
hoofdgeleiders nog een derde aardpen. Het brede mes of de derde
aardingspen zijn bedoeld voor uw veiligheid.
•
Als de meegeleverde stekker niet in uw stopcontact past, raadpleeg
dan een elektricien om uw verouderde stopcontact te vervangen.
Als u het netsnoer vervangt, gebruik dan alleen een netsnoer van
hetzelfde type en met een gelijke of hogere stroomsterkte.
•
Het systeem mag alleen worden gereinigd zoals aangegeven in het
hoofdstuk Algemene verzorging. U dient service voor uw systeem in
te roepen door gekwalificeerd onderhoudspersoneel als een van de
volgende situaties zich voordoet:
1. Het netsnoer of de stekker is beschadigd
2. Het apparaat is blootgesteld aan vocht
3. Het apparaat vertoont een duidelijke verandering in de prestaties
4. Een scharnier ziet er beschadigd uit of kan het apparaat niet recht
houden
NL
2
TEELT ADVIES
•
Controleer regelmatig de groei en gezondheid van uw planten.
Omdat het LED-armatuur nauwelijks warmte naar de planten
afgeeft, zal de planttemperatuur aanzienlijk lager zijn dan bij HPS
of MH. Bovendien kan, wanneer alleen de omgevingstemperatuur
wordt geregeld, de planttemperatuur enorm variëren. Om het juiste
Dampdrukdeficit te bepalen is het aan te raden om met de Dimlux
Planttemperatuurcamera te werken. Meestal zijn aanpassingen aan
H₂O, CO₂, RV, voedingsstoffen en temperatuur nodig.
Dimlux-verlichtingssystemen kunnen zeer hoge PPFD-niveaus
leveren, die doorgaans hoger zijn dan in de natuur het geval is. Veel
planten geven de voorkeur aan hogere temperaturen wanneer ze
worden blootgesteld aan hogere PPFD. Experimenteer met hogere
temperaturen om de beste opbrengst te bereiken.
•
De Xtreme Series LED is ontworpen om een uniforme lichtverdeling
in de vorm van een vierkant te bieden. Er is een zeer eenvoudige
manier om de minimale hoogte van het armatuur te bepalen. De
vuistregel is dat de kortste afstand van armatuur tot crop de helft is
van de afstand tussen de armaturen (hart op hart) in een opstelling
met meerdere armaturen. Het maakt niet uit of de LED 500 Watt
of 1000 Watt is. Een armatuur van 1000 Watt moet een groter
oppervlak verlichten dan een armatuur van 500 Watt.
ALGEMENE ZORG
•
Natuurlijke convectie verwijdert warmte uit het koellichaam. Om
ervoor te zorgen dat het systeem zichzelf goed kan koelen, is er
minimaal 5 cm ruimte nodig tussen de armatuur en het plafond
van uw kweekruimte. Als u dit niet doet, kan de levensduur van het
armatuur worden verkort.
•
Om de optimale levensduur en prestaties van uw armaturen te
bereiken, dient u regelmatig overtollig stof, vuil en mineralen op de
behuizing, koellichamen en lenzen te controleren en te verwijderen.
•
Reiniging dient altijd te gebeuren terwijl het armatuur is
losgekoppeld van de stroombron. De behuizing, koellichamen en
lenzen kunnen worden gereinigd met perslucht of met een droge of
vochtige doek, zonder gebruik van zeep of oplosmiddelen.