⬛
Handmatige netwerkinstellingen
1
Stel "DHCP" in op "Off".
2
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om een parametertype te selecteren en druk op ENTER.
IP Address
Geeft een IP-adres aan.
Subnet Mask
Hierin kunt i een subnetmasker opgeven.
Default Gateway
Specificeert het IP-adres dat aan dit toestel is toegewezen.
DNS Server (P)
Geeft het IP-adres van de primaire DNS-server aan.
DNS Server (S)
Hierin kunt u het IP-adres van de secundaire DNS-server opgeven.
3
Gebruik de cursortoetsen (e/r) om de invoegpositie te verplaatsen en de cursortoetsen
(q/w) om een waarde te selecteren.
4
Druk op ENTER om de instelling te bevestigen.
5
Als u een andere netwerkparameter wilt configureren, herhaalt u stap 2 tot 4.
6
Als u de wijzigingen wilt opslaan, gebruikt u de cursortoetsen om "OK" te selecteren en drukt
u op ENTER.
7
Druk op ON SCREEN om het menu te sluiten.
⬛
Network Standby
Bepaalt of het toestel kan worden ingeschakeld vanaf andere apparaten in het netwerk
(netwerk stand-by).
Instellingen
Off
Schakelt de netwerk stand-byfunctie uit.
Schakelt de netwerk stand-byfunctie in.
On
(Het toestel verbruikt meer stroom dan wanneer "Off" is geselecteerd.)
Schakelt de netwerk stand-byfunctie in.
Auto
(Als "Network Connection" ingesteld is op "Wired", wordt het toestel ingesteld op
de energiebesparingsmodus als de netwerkkabel niet is aangesloten.)
⬛
MAC Address Filter
Stelt het MAC-adresfilter in om te verhinderen dat andere netwerkapparaten toegang krijgen
tot het toestel.
Filter
Schakelt het MAC-adresfilter in/uit.
Instellingen
Off
Schakelt het MAC-adresfilter uit.
Schakelt het MAC-adresfilter in. In "MAC Address 1-10" moet u de MAC-adressen
On
opgeven van de netwerkapparaten die toegang mogen hebben tot het apparaat.
X
AirPlay- (p. 82) en DMC-bewerkingen (p. 102) vallen niet onder het MAC-adresfilter.
MAC Address 1-10
Hierin geeft u de MAC-adressen (maximaal 10) op van de netwerkapparaten die toegang
mogen hebben tot het toestel als "Filter" is ingesteld op "On".
⬛
Instelprocedure
1
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om "MAC Address 1-5" of "MAC Address 6-10" te selecteren
en druk op ENTER.
2
Gebruik de cursortoetsen (q/w) om een MAC-adresgetal te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen (e/r) om de invoegpositie te verplaatsen en de cursortoetsen
(q/w) om een waarde te selecteren.
4
Druk op ENTER om de instelling te bevestigen.
5
Als u de wijzigingen wilt opslaan, gebruikt u de cursortoetsen om "OK" te selecteren en drukt
u op ENTER.
6
Druk op ON SCREEN om het menu te sluiten.
121
Nl