1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
■
Componentvideoaansluiting
Sluit een videoapparaat aan op het toestel met een componentvideokabel en een
audiokabel (digitale coaxiale, digitale optische of stereo-plugkabel). Kies een set
ingangen (op het toestel), afhankelijk van welke video/audio-uitgangen beschikbaar
zijn op het videoapparaat.
Uitgangen op videoapparaat
Video
Audio
Digitaal coaxiaal
Componentvideo
Digitaal optisch
Analoog stereo
(COMPONENT VIDEO)-aansluitingen
Het toestel
(achterzijde)
HDMI
(HDCP2.2)
HDMI OUT
(HDCP2.2)
2
AV 1
AV 2
AV 3
AV 4
1
(ZONE OUT)
ARC
(1 BD/DVD)
AV 1
AV 2
AV 3
AV 4
MONITOR OUT/
(1 BD/DVD)
Y
P
B
P
R
ZONE OUT
PHONO
AUDIO 1
AUDIO 2
AUDIO 3
(2 TV)
A
Y
AV 1
P
B
P
R
Y
ZONE OUT/PRE OUT
PRE OUT
(SINGLE)
(FRONT)
L
R
ZONE 2/
ZONE 3/
(REAR)
FRONT
SURROUND
SUR. BACK
GND
1
OPTICAL
2
OPTICAL
3
COAXIAL
4
COAXIAL
5
COAXIAL
6
OPTICAL
F. PRESENCE
R. PRESENCE
SUBWOOFER
SURROUND
SURROUND BACK
R
L
R
ANTENNA
(4 RADIO)
FM
AM
75Ω
C
O
L
R
AV 1–2 (COAXIAL),
AV 3 (OPTICAL),
AV 1–3 (AUDIO)-aansluitingen
Als u de signaalbron selecteert door op AV 1–3 op de afstandsbediening te drukken,
wordt de video/audio die op het videoapparaat wordt afgespeeld, weergegeven vanaf
het toestel.
Ingangaansluitingen op het toestel
AV 1–2 (COMPONENT VIDEO + COAXIAL)
AV 3 (COMPONENT VIDEO + OPTICAL)
AV 1–3 (COMPONENT VIDEO + AUDIO)
AV 1–3
Y
P
P
B
R
AV 5
AV 6
COMPONENT VIDEO
TRIGG
Y
P
P
AV 2
B
R
OUT
B
1
Video-uitgang
12V
0.1A
MAX. TOTAL
2
(componentvideo)
C
AV 3
P
B
P
R
1
2
Y
P
B
P
R
CENTER
SPEAKERS
P
B
ZONE 2/ZONE 3/R.P
L
R
EXTRA SP2
Y
C
SINGLE
COAXIAL
Videoapparaat
O
OPTICAL
L
L
R
R
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal, digitaal optisch,
analoog stereo)
■
Composietvideoaansluiting
Sluit een videoapparaat aan op het toestel met een video-plugkabel en een audiokabel
(digitale coaxiale, digitale optische of stereo-plugkabel). Kies een set ingangen (op het
toestel), afhankelijk van welke video/audio-uitgangen beschikbaar zijn op het
videoapparaat.
Uitgangen op videoapparaat
Video
Composietvideo
Het toestel
(achterzijde)
HDMI OUT
(HDCP2.2)
2
(ZONE OUT)
ARC
AV 1
AV 2
AV 3
(1 BD/DVD)
PHONO
AUDIO 1
AUDIO 2
AUDIO 3
(2 TV)
L
R
1
2
3
4
5
6
GND
OPTICAL
OPTICAL
COAXIAL
COAXIAL
COAXIAL
OPTICAL
P
R
ANTENNA
(4 RADIO)
FM
AM
75Ω
AV 1–2 (COAXIAL),
AV 3 (OPTICAL),
AV 1–4 (AUDIO)-aansluitingen
Als u de signaalbron selecteert door op AV 1–4 op de afstandsbediening te drukken,
wordt de video/audio die op het videoapparaat wordt afgespeeld, weergegeven vanaf
het toestel.
43
Nl
Ingangaansluitingen op het toestel
Audio
Digitaal coaxiaal
AV 1–2 (VIDEO + COAXIAL)
Digitaal optisch
AV 3 (VIDEO + OPTICAL)
Analoog stereo
AV 1–4 (VIDEO + AUDIO)
AV 1–4 (VIDEO)
AV 1
-aansluitingen
1
(1 BD/DVD
AV 4
Video-uitgang
(composietvideo)
V
ZONE OU
VIDEO
ZONE 2/
V
F. PRESENCE
R
C
C
COAXIAL
Videoapparaat
O
O
OPTICAL
L
L
L
R
R
R
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal, digitaal optisch,
analoog stereo)