Onderhoud: Juiste gebruiksomstandigheden voor elektronisch geregelde pompen
De thermostaatkraan of de retour-
schroefverbinding/voetventiel op de
capaciteit van de radiator of de specifieke
warmtebehoefte dimensioneren en
instellen.
Het debiet afleiden uit warmtebehoefte
of bij vervanging uit de specifieke warm-
tebehoefte.
De voordruk van het membraan-expansie-
vat op de statische hoogte aanpassen. De
installatie-vuldruk bij koude installatie
een 0,5 bar boven de voordruk in het mem-
braan-expansievat instellen. De voordruk
in het membraanexpansievat jaarlijks
controleren en indien nodig corrigeren
Stand: 08/2005 – Technische wijzigingen voorbehouden
Zie pagina 11
Zie pagina 6
Vergelijk pagina 8 tot 10
Onderhoudscontract
Zie pagina 16,17
3
4
2
5
1
Competentie en
controle
Pompregeling
Het drukverschil over de thermostaat-
kraan door de opvoerhoogte van de pomp
(max. 2 m) of drukverschilregelaar (max.
200 mbar) begrenzen.
De opvoerhoogte niet hoger instellen dan
voor onberispelijke verzorging nodig is en
instellen!
De lucht in de luchtafscheider verzamelen
en handmatig of automatisch afblazen.
De systeemdruk continu handmatig of
automatisch controleren.
Zie pagina 16 tot 21
Zie pagina 11,13
Zie pagina 8
22