Inhoudsopgave
Advertenties
7.5 Quick-start
Als het apparaat via de "auto"-functie
is voorgeprogrammeerd (de groene
bedrijfsindicatie van toets
voor "programma geactiveerd"), maar u
wilt vóór de programmeertijd koffie
zetten, dan drukt u toets
in. De rode bedrijfsindicatie (afb. 2/B)
gaat branden en de groene bedrijfsin-
dicatie (afb. 2/J) voor "programma
geactiveerd" gaat uit. Malen en koffie-
bereiding beginnen direct.
7.6 Deactiveren van de "auto"-
functie
Hebt u de "auto"-functie geactiveerd,
maar wilt u dat het programma niet
start, druk dan eenvoudig toets
(afb. 2/J) in. De groene bedrijfsindicatie
gaat uit.
7.7 Uitschakelen
Schakel het apparaat met toets
(afb. 2/B) uit.
8 Warmhoudplaatje (afb. 1/D)
Na de koffiebereiding houdt het warm-
houdplaatje de koffie in de glazen kan
warm. 2 uur na de koffiebereiding
schakelt het apparaat automatisch uit.
9 Kan wegnemen (afb. 15)
Als u de kan wegneemt, voorkomt het
antidruppelventiel nadruppelen.
10 Reiniging
(Beslist in acht nemen!)
10.1 Koffiemolen (afb.14,17-19)
Van tijd tot tijd (uiterlijk bij een ver-
stopping) moet het maalkanaal worden
gereinigd om vettige koffieresten te
verwijderen.
Ga daarbij als volgt te werk: Trek de
stekker uit het stopcontact.
Open het deksel van het waterreservoir
en draai de schroef (bijv. met een geld-
stuk) aan de afdekking van het maal-
kanaal op "open" (afb. 17). Pak de
afdekking van het maalkanaal links
voor en neem deze langzaam los
(afb. 18). Doe een filterzakje in het
draaifilter en breng het draaifilter tot
het inklikt in de maalstand. "Veeg" de
koffieresten (ook uit het achterste deel
van het kanaal) met een geschikt voor-
brandt
werp (bijv. kwastje) in het filterzakje
(afb. 19). Ook met een stofzuiger kunt
u de koffieresten goed verwijderen.
(afb. 2/B)
Veeg het maalkanaal daarna met een
droge doek uit. Druk op de omzettoets,
om het draaifilter weer in de koffiezet-
stand te brengen (afb. 14). Leeg het fil-
terzakje, bevestig de afdekking weer en
draai de schroef weer op stand "close".
Controleer of de afdekking goed op z'n
plek zit. Nu is de koffieautomaat weer
gebruiksklaar.
Bij gebruik van donkere, vettige koffie-
bonen moet het maalkanaal vaker
gereinigd worden dan bij lichte bonen.
Zo voorkomt u verstopping van het
maalkanaal:
• Gebruik geen bevroren koffiebonen,
omdat deze bij het ontdooien condens-
water vormen, dat tot verstopping kan
leiden.
• Zwenk het draaifilter niet direct na de
koffiebereiding weer in de maalstand,
omdat uit het koffiedik opstijgende
damp tot verstopping kan leiden.
• Zet het apparaat voldoende ver van het
fornuis of een friteuse, omdat vet tot
verstopping kan leiden.
• Houd het voorraadreservoir voor de
koffiebonen altijd gesloten.
Het voorrraadreservoir van de koffie-
molen (afb. 1/L) af en toe met een
droge doek uitnemen om vettige resten
van de koffiebonen te verwijderen.
10.2 Koffiegedeelte
(afb. 16/A en B)
Voor legen en reinigen kunt u de fil-
terinzet losnemen.
Verwijder de glazen kan en klap het
deksel van het waterreservoir omhoog
(afb. 1/A), pak met uw vinger in het
achterste greepje (afb. 16/A) en trek de
beugel omhoog. De filterinzet is daar-
mee ontgrendeld en kan worden losge-
nomen om te reinigen. Tijdens de
reiniging het antidruppelventiel meer-
l
29
Advertenties
Inhoudsopgave
