4
zeNDINg eN ONtVaNgst
4.1 zendbereik
• Om het zendbereik te optimaliseren, dient u ervoor te zorgen dat er zo weinig mogelijk obstakels (de
gebruikers inbegrepen) op de denkbeeldige lijn tussen de 2 apparaten bevinden.
• I ndien u de apparaten op een onderlinge afstand van minder dan 1,5 m gebruikt, kunnen zich
interferenties voordoen.
4.2 Ingebruikneming
U kunt via uw On channel 100 / 300 communiceren met een ander On channel 100 / 300-apparaat, of met iedere
andere zender / ontvanger die de PMR 446-standaard gebruikt. Ook kan er met een onbeperkt aantal PMR
446-apparaten als groep gecommuniceerd worden.
• Om onderling te kunnen communiceren dienen alle apparaten op hetzelfde kanaal ingesteld te staan (zie p. 9).
• De communicatie vindt om-en-om plaats: wanneer een ander apparaat aan het zenden is, dient u eerst
te wachten tot dit apparaat klaar is met zenden voordat u kunt uitzenden. Het is eveneens onmogelijk
om conversatie te ontvangen tijdens het zenden of wanneer de CALL-functie geactiveerd is (zie p. 11).
Ingedrukt houden
8
300 M
Ingedrukt houden
bip
1 KM
bip
Stand-byscherm
5 KM
Op het On channel 100
wordt de signaaldiode
v o o r
o n t v a n g s t
ingeschakeld.
bip