Adresgerelateerde termen
(m) Binneneenheidadres ♦:
Dit is een ID individueel toegewezen aan elke binneneen-
heid.
(n)
Afstandsbedieningadres:
Dit is een ID individueel toegewezen afzonderlijk van het
binneneenheidadres naar binneneenheden die een R.C.
vormen. Groep.
2 Wachtwoordconfiguratie
Dit apparaat kan de volgende 2 soorten wachtwoorden instellen:
(a)
Wachtwoord
Dit is een wachtwoord voor de beheerder. Wachtwoord
wordt opgevraagd door de instelling die beheer vereist.
Voor een beschrijving van de wachtwoordinstelling en
-wijziging raadpleeg [3 INSTELLING] →[3-9 Initialise-
ren]→[3-9-6 Instellen wachtwoord].
(b)
Installatie wachtwoord
Dit wachtwoord wordt gevraagd voor belangrijke instellin-
gen tijdens de installatie.
Opmerking
Als u uw wachtwoord bent vergeten, neemt u contact op met
uw lokale dealer.
3 Namen van onderdelen
(a)
(b)
(c)
(d)
(a)
Aanraakpaneeldisplay
• Wanneer het scherm wordt aangeraakt of de aan/uit-
knop wordt ingedrukt terwijl de achtergrondverlichting is
ingeschakeld, zal de achtergrondverlichting inschakelen.
De achtergrondverlichting gaat 30 of 60 seconden na de
laatste bediening uit. Wanneer de achtergrondverlich-
ting is gedeactiveerd, gaat deze niet branden. Voor een
beschrijving van de instelling van de achtergrondverlich-
ting, raadpleeg [3 INSTELLING]→[3-8 Voorkeur]→[3-8-2
Instellen Achtergrond verlichting].
• Raak het aanraakpaneel lichtjes aan met uw vingertop-
pen. Een in de handel verkrijgbare styluspen kan ook
worden gebruikt. Als er te hard op het display wordt
gedrukt of als deze wordt bediend met een stang, potlood
of balpen, enz., kan deze krassen of beschadigd raken.
• Raak niet 2 of meer plaatsen gelijktijdig aan. Een correcte
bediening kan niet worden uitgevoerd.
• Wanneer u het aanraakscherm reinigt, voorkomt het in-
stellen van het kinderslot verkeerde bedieningen. (Raad-
pleeg [1 MONITOR]→ [1-1 Monitor] → [1-1-3 Kinderslot].)
Gebruik bij het reinigen geen reinigingsmiddel of alcohol,
verfverdunner, enz., Dit kan leiden tot ongevallen of het
uiterlijk verslechteren.
(b)
LED-lampje (Stroomindicator)
Gaat branden wanneer de binneneenheid in werking is.
Knippert wanneer er een fout is ontstaan.
(c)
Aan/uit-toets
(d)
Kamertemperatuursensor (binnenkant)
Instelling is vereist om deze sensor te gebruiken. Raad-
pleeg [3 INSTELLING] → [3-9 Initialiseren] → [3-9-5 R.C.
Sensorinstelling].
Nl-4