• De weerstand van het kanaal zal de luchtstroom verminderen, waardoor de
capaciteit van de eenheid afneemt.
• Voor het geval van eenheid met kanaal, zou de totale lengte van het kanaal niet meer
dan 5m moeten zijn (of de maximus statische druk zou binnen25Pa moeten zijn), en
de hoeveelheid van het buigen zou niet meer dan 5 moeten zijn.
• Bij de luchtuitlaat van het toestel met kanaal, zal er bij de werking van het toestel
condens ontstaan aan de buitenkant van het kanaal. Besteed aandacht aan de
afvoer, wij stellen voor om de thermisch geïsoleerde laag om het kanaal te wikkelen.
• Installeer het toestel in een binnenruimte. Het is niet toegestaan om het toestel
buiten te gebruiken.
Fig 3-6: regen, toestel
Fig 3-7: regen, weerstation, toestel
WAARSCHUWING
• In het geval dat er regen in de interne componenten van het toestel binnendringt,
kan het onderdeel worden beschadigd of fysiek gevaar veroorzaken. (Fig.3-6)
• In termen van het toestel verbinden met leiding die naar openlucht bereikt, moet
een betrouwbare waterbestendige maatregel op de leiding worden toegepast, om te
voorkomen dat er water in het toestel komt. (Fig.3-7)
5) Filter installeren bij de inlaat van het toestel. In het geval van een toestel met kanaal,
moet de filter worden geplaatst op de plaats van de kanaalinlaat.
Fig 3-8: eigenaar moet filter zelf installeren, Maaswijdte is ongeveer 1.2mm
6) Om het condensaat probleemloos uit de unit af te voeren, installeert u de unit op een
horizontale vloer. Is dat niet mogelijk, dan moet u ervoor zorgen dat de afvoeropening zich
op de laagste plaats bevindt. De aanbevolen hellingshoek van de unit ten opzichte van de
grond mag niet meer dan 2° zijn.
[PAG 11/23]
3.3 Electrische aansluiting
LET OP
• De voeding moet een onafhankelijk circuit met nominale spanning zijn.
• Het voedingscircuit moet worden geaard.
• De bedrading moet worden uitgevoerd door professionele technici in
overeenstemming met de nationale bedradingsvoorschriften en dit schema.