Glycol en het maximaal toegelaten watervolume
Door glycol in het watercircuit toe te voegen, vermindert het
toegestaan maximumwatervolume van het systeem. Raadpleeg de
uitgebreide handleiding voor de installateur voor meer informatie
(onderwerp "Het watervolume en debiet controleren").
Glycolinstelling
OPMERKING
Als het systeem glycol bevat, moet de instelling [E‑0D]
ingesteld zijn op 1. Als de glycolinstelling NIET correct is
ingesteld, kan de vloeistof in de leidingen bevriezen.
Vorstbeveiliging door middel van
vorstbeveiligingskleppen
Over vorstbeveiligingskleppen
Wanneer er geen glycol is toegevoegd aan het water, kunt u
vorstbeveiligingskleppen gebruiken om water af te voeren van het
systeem voordat het kan bevriezen.
▪ Installeer vorstbeveiligingskleppen (ter plaatse te voorzien) op alle
laagste punten van de lokale leidingen.
▪ Normaal gesloten kleppen (bevinden zich binnen in de buurt van
de ingangs-/uitgangspunten van de leidingen) kunnen voorkomen
dat al het water van de binnenleiding wordt afgevoerd wanneer de
vorstbeveiligingskleppen open gaan.
OPMERKING
Stel bij de installatie van de vorstbeveiligingskleppen het
minimale koelinstelpunt (standaard=7°C) minstens 2°C
hoger in dan de maximale openingstemperatuur van de
vorstbeveiligingsklep.
vorstbeveiligingskleppen open gaan bij koeling.
Voor meer informatie, zie de uitgebreide handleiding voor de
installateur.
5.2.5
De tank voor warm tapwater vullen
1 Open om beurt elke warmwaterkraan om de leidingen van het
systeem te ontluchten.
2 Open de toevoerkraan van het koud water.
3 Sluit alle waterkranen nadat alle lucht uit de leidingen is
verwijderd.
4 Controleer op waterlekkages.
5.2.6
De waterleidingen isoleren
De leidingen van het volledige watercircuit MOETEN worden
geïsoleerd om geen condensatie te hebben tijdens het koelen en om
ervoor te zorgen dat de verwarmings- en koelcapaciteit niet
vermindert.
Isolatie waterleidingen buiten
Raadpleeg de installatiehandleiding van de buitenunit of de
uitgebreide handleiding voor de installateur.
6
Elektrische installatie
GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Gebruik
ALTIJD
een
stroomtoevoerkabel.
VOORZICHTIG
Duw of leg GEEN overtollige kabellengte in de unit.
ETVH/X16S18+23EA6V+9W
Daikin Altherma 3 H HT F
4P644728-1 – 2021.02
Indien
lager,
kunnen
de
meeraderige
kabel
als
6 Elektrische installatie
OPMERKING
De afstand tussen de kabels voor hoge spanning en deze
voor lage spanning moet minstens 50 mm bedragen.
6.1
Over het voldoen aan de normen
inzake elektriciteit
Alleen voor de back-upverwarming van de binnenunit
Zie
"6.3.2 De voeding van de back-upverwarming
6.2
Richtlijnen voor het aansluiten van
de elektrische bedrading
Aanhaalmomenten
Binnenunit:
Onderdeel
X1M
X2M
X5M
X6M
X10M
6.3
Aansluitingen op de binnenunit
Onderdeel
Elektrische voeding
Zie
"6.3.1 De hoofdvoeding
aansluiten" [ 4 12].
(primair)
Elektrische voeding
Zie
"6.3.2 De voeding van de back-
(back-upverwarming)
upverwarming
Afsluiter
Zie
"6.3.3 De afsluiter
Elektrische meters
Zie
"6.3.4 De elektriciteitsmeters
aansluiten" [ 4 15].
Warmtapwaterpomp
Zie
"6.3.5 De pomp van het warm tapwater
aansluiten" [ 4 16].
Alarmuitgang
Zie
"6.3.6 De alarm-output
aansluiten" [ 4 16].
Bediening
Zie
"6.3.7 De AAN/UIT-output van de
ruimtekoeling/-
ruimtekoeling/verwarming
aansluiten" [ 4 17].
verwarming
Omschakeling naar
Zie
"6.3.8 De omschakeling naar de
regeling externe
externe warmtebron
warmtebron
Digitale ingangen
Zie
"6.3.9 De digitale inputs voor het
energieverbruik
energieverbruik
Veiligheidsthermostaat Zie
"6.3.10 De veiligheidsthermostaat
(normaal gesloten contact)
aansluiten" [ 4 18].
Smart Grid
Zie
"6.3.11 Een Smart Grid
aansluiten" [ 4 18].
Kamerthermostaat
Zie onderstaande tabel.
(bedraad of draadloos)
Draden: 0,75 mm²
Maximale stroomsterkte: 100 mA
Voor de primaire zone:
▪ [2.9] Bediening
▪ [2.A] Thermostaattype
Voor de secundaire zone:
▪ [3.A] Thermostaattype
▪ [3.9] (alleen-lezen) Bediening
aansluiten" [ 4 13].
Aanhaalkoppel (N•m)
2,45 ±10%
0,88 ±10%
0,88 ±10%
2,45 ±10%
0,88 ±10%
Beschrijving
aansluiten" [ 4 13].
aansluiten" [ 4 15].
aansluiten" [ 4 17].
aansluiten" [ 4 18].
Installatiehandleiding
11