7 Configuratie
A
B
A
B
5 Bevestig
de
kabel
kabelbinderbevestigingen.
OPMERKING
Selecteer en installeer de veiligheidsthermostaat voor de
secundaire zone volgens de geldende wetgeving.
Om onnodig inschakelen van de veiligheidsthermostaat te
vermijden, adviseren we het volgende:
▪ De veiligheidsthermostaat is automatisch opnieuw
instelbaar.
▪ De
veiligheidsthermostaat
temperatuurvariatiebereik van 2°C/min.
▪ Er is een minimale afstand van 2 m tussen de
veiligheidsthermostaat en de 3-wegsklep.
INFORMATIE
Configureer de veiligheidsthermostaat voor de secundaire
zone ALTIJD nadat deze werd geïnstalleerd. Zonder
configuratie zal de binnenunit het contact van de
veiligheidsthermostaat negeren.
INFORMATIE
Het contact voor de voeding met voorkeur kWh-tarief is
aangesloten op dezelfde klemmen (X5M/9+10) als de
veiligheidsthermostaat voor de secundaire zone. Het
systeem kan alleen maar OFWEL een voeding met
voorkeur kWh-tarief OFWEL een veiligheidsthermostaat
hebben voor de secundaire zone.
6.4
Na aansluiting van de elektrische
bedrading op de binnenunit
Sluit
de
ingang
voor
de
afdichtingstape (meegeleverd als accessoire) om te voorkomen dat
er water in kan binnendringen.
Installatiehandleiding
20
Q4L
9
10
9 10
X5M
met
kabelbinders
op
heeft
een
maximaal
laagspanningsbedrading
af
met
Zonder kabels voor lage
spanningen
7
Configuratie
INFORMATIE
Deze unit is een model voor verwarming alleen. Daarom
zijn alle verwijzingen naar koeling in dit document NIET
van toepassing.
7.1
Overzicht: Configuratie
Dit hoofdstuk beschrijft wat u moet doen en kennen om het systeem
na installatie ervan te configureren.
OPMERKING
Dit hoofdstuk beschrijft de basisconfiguratie. Voor een
meer gedetailleerde uitleg en achtergrondinformatie, zie de
uitgebreide handleiding voor de installateur.
Waarom
Indien u het systeem NIET correct configureert, kan het zijn dat het
de
NIET als verwacht werkt. De configuratie heeft invloed op de
volgende zaken:
▪ De berekeningen van de software
▪ Wat u op de gebruikersinterface kunt zien en doen
Hoe
U kunt het systeem via de gebruikersinterface configureren.
▪ Eerste maal – Snelle wizard. Wanneer u de gebruikersinterface
(via de binnenunit) voor de eerste maal AAN-zet, start een snelle
wizard om u te helpen het systeem te configureren.
▪ Nadien. Indien nodig kunt u later nog zaken van de configuratie
wijzigen.
INFORMATIE
Wanneer de installateurinstellingen gewijzigd worden, zal
de gebruikersinterface een bevestiging vragen. Na deze
bevestiging zal het scherm zich kort UITzetten en zal
"Bezig" gedurende enkele seconden verschijnen.
Toegang tot de instellingen – Legende voor tabellen
U
hebt
op
twee
installateurinstellingen. Beide manieren geven echter GEEN toegang
tot alle instellingen. Indien dit het geval is, staat N.v.t. (Niet van
toepassing) in de betreffende kolommen van de tabellen in dit
hoofdstuk.
Manier
Instellingen bereiken via de verwijzing in de
menustructuur.
Instellingen bereiken via de code in de
overzichtsinstellingen.
Zie ook:
▪
"De installateurinstellingen
Met kabels voor lage
spanningen
verschillende
manieren
toegang
Kolom in tabellen
Bijvoorbeeld:
[A.2.1.7]
Code
Bijvoorbeeld: [C-07]
weergeven" [ 4 21]
EHFZ03S18DJ3V
Daikin Altherma 3 R F
4P596818-1D – 2021.10
tot
de
#