* Compressor sturings mogelijkheden.
Het compressor relais komt in indien de productsensor een temperatuur meet die hoger is dan het
ingestelde setpoint plus de schakeldifferentie (parameter 1), en schakelt weer uit als de temperatuur
weer daalt onder het ingestelde setpoint.
Hierbij is het mogelijk om 4 verschillende soorten schakelvertragingen aan te brengen met parameter
5 als volgt;
Parameter 5 = 0 :
Het compressor relais schakelt in met een inschakelvertraging van "parameter 6" seconden.
Parameter 5 = 1:
Het compressor relais schakelt in met een inschakelvertraging van "parameter 6" minuten.
Parameter 5 = 2 :
De compressor wacht met inschakelen minimaal "parameter 6" minuten tussen het uitschakelen en
inschakelen.
Parameter 5 = 3 :
De compressor wacht met inschakelen minimaal "parameter 6" minuten tussen de inschakeltijdstippen.
Verder kunnen de volgende opties worden ingesteld t.b.v. de compressor sturing.
Parameter 15 :
Een regelvertraging na inschakelen van de voeding van "parameter 15" minuten.
Parameter 23 =1:
De compressor wordt aangezet bij voelerstoring.
* Ventilator sturings mogelijkheden.
De ALFA-45 heeft uitgebreide instelmogelijkheden voor de ventilator (FAN) sturing. Normaal draait
de ventilator altijd behalve als een van de onderstaande parameters op 1 staat ingesteld, dan kan de
ventilator ook uitgezet worden.
Parameter 19 = 1 (Fan Schakeldifferentiaal actief):
De ventilator draait alleen als de ontdooisensor "parameter 13" °C lager meet dan de productsensor. Mits
er verder geen voorwaarden zijn om de ventilator te laten afschakelen. (B.v. Parameter 13 = 2°C en de
productsensor meet 10°C dan draait de ventilator alleen als de ontdooisensor 10°-2°=8°C of lager meet.)
Parameter 20 = 1 (Fan uit bij ontdooien):
Om te voorkomen dat na het ontdooien en uitdruppen van de verdamper direct de ventilator begint te
draaien en dus warme lucht de cel inblaast kunnen er twee voorwaarden worden ingesteld n.l.;
1: De ventilator wordt geblokkeerd tot de ontdooivoeler een temperatuur meet die lager is dan de
ingestelde temperatuur bij parameter 10.
2: De ventilator wordt nu zolang geblokkeerd tot de ontdooivertragingstijd van parameter 11 is afgelopen.
Tenzij de ontdooisensor de inschakeltemperatuur van parameter 10 bereikt. Als de ontdooivoeler
defect is (storing E2) dan loopt de ALFA-45 de tijd van parameter 11 af.
Parameter 22 = 1 (Compressor uit -> Fan uit):
De ventilator wordt uitgezet als de compressor uit is. Dit gebeurt met een vertraging van "parameter 17"
minuten. Mits er geen andere voorwaarden zijn om de ventilator te laten afschakelen.
4