Inhoudsopgave
Advertenties
5.3 Aansteken tunnelkachel:
Voor het aansteken van uw houtkachel raden wij u aan de "top down"-methode te gebruiken.
Begin met 2-3 stukken brandhout die u op de bodem van de verbrandingskamer legt. Daar
bovenop legt u ca. 1 kg droge, gekloofde aanmaakhoutjes die u kruislings stapelt zoals een
houten huis, en 2-3 aanmaakblokjes of iets dergelijks. Het is belangrijk dat het luchtventiel
helemaal open staat. U kunt de glazen deuren eventueel iets op een kier zetten met de
buitenste haak op de handgreep. Laat de luchtregelaar en de deur nog eens 10-20 minuten
zo staan om roetvorming op de ruit te voorkomen en te zorgen voor een goede gloeiende
laag, voordat het daadwerkelijke stoken kan beginnen. Het vuur moet opbranden tot er
alleen nog gloeiend houtskool is ( geen vlammen meer ). Doe de deur voorzichtig open, zodat
er geen rook en as naar buiten komen. Verdeel vervolgens de gloeiende kolen gelijkmatig
over de bodem en trek ze helemaal naar voren naar de glazen deuren.
5.4 Stoken:
Leg bij het stoken 2-3 stukken hout, ca. 10 cm naar binnen in 2 lagen, parallel aan de
voorkant van de houtkachel, op de gloeiende houtskool ca. 1,6 kg. Zet de deur op een kier op
de buitenste haak. De luchtinlaat
boven de deur moet helemaal open staan. Deze fungeert als inlaat voor de voorverwarmde
lucht. Als het hout goed vlam heeft gevat, sluit u de deur. Na ca. 3 minuten, of als er
voldoende heldere vlammen zijn, kunt u
de luchtschuif geleidelijk regelen. Als het hout na ca. 45 minuten helemaal is opgebrand tot
gloeiende houtskool, begint u opnieuw.
Uw nieuwe Meteor-kachel is EN-goedgekeurd voor stoken met hout en is geschikt voor
intermitterend gebruik.
U regelt de hoeveelheid warmte met de hoeveelheid gestookt hout. Stook minder of vaker.
Het is belangrijk dat het hout droog en goed gekloofd is, zodat de oppervlakte van de
houtblokken groot is.
Zo bereikt u de beste ontgassing en dus de beste verbranding.
Let op: vul de kachel maximaal tot de onderste rij gaten in de achterplaat.
5.5 Stoken tunnelkachel:
Leg bij het stoken 2-3 stukken hout in het midden van de houtkachel, parallel aan de
voorkant van de kachel, op de gloeiende houtskool, ca. 1,8 kg. Zet de deur op een kier op de
buitenste haak. De luchtinlaat boven de deur moet helemaal open staan. Deze fungeert als
inlaat voor de voorverwarmde lucht. Als het hout goed vlam heeft gevat, sluit de deur. Na ca.
3 minuten, of als er voldoende heldere vlammen zijn, kunt u de luchtschuif geleidelijk regelen.
Stook altijd met heldere vlammen. Als het hout na ca. 45 minuten helemaal is opgebrand tot
gloeiende houtskool, begint opnieuw. U regelt de hoeveelheid warmte met de hoeveelheid
gestookt hout. Stook minder of vaker. Het is belangrijk dat het hout droog en goed gekloofd
is, zodat de oppervlakte van de houtblokken groot is. Zo bereikt u de beste ontgassing en dus
de beste verbranding.
5.6 Verbranding:
Als u tijdens het stoken in de kachel kijkt, moet het altijd helder zijn. Als dat niet het geval is,
moet u meer lucht toevoeren.
Verwijder de as wanneer nodig. Laat echter altijd een paar centimeter as op de bodem van de
kachel liggen. De as isoleert, wat bijdraagt aan een hoge verbrandingstemperatuur. De as
kan in de meeste gevallen worden weggegooid met het restafval. Bewaar de as altijd een
paar dagen in een niet-brandbare bak voordat u de as in een vuilniszak gooit. Zo voorkomt u
brand in het afval of de vuilniszak door verborgen gloeiende kolen.
8
Advertenties
Inhoudsopgave
