10 Automatische meetweergave
Zodra de stroom is aangesloten, worden de waarden voor
de huidige omgeving op het apparaat weergegeven.
11 Klimaatindicator
1
Droog: droog (luchtvochtigheid
<40%)
3
NAT: Vochtig (luchtvochtigheid
>70%)
De klimaatindicator is een visuele weergave op basis van de
luchttemperatuur en -vochtigheid om het comfortniveau te
bepalen.
Opmerking:
• Het comfortdisplay kan bij dezelfde temperatuur varië-
• Er is geen comfortdisplay als de temperatuur onder 0°C
12 Weergave wijzigen
• In de normale weergavemodus drukt u op de SET-toets
• In de normale weergavemodus drukt u op de knop UP
ren, afhankelijk van de luchtvochtigheid.
of boven 60°C ligt.
om te schakelen tussen tijd en alarm.
om de weergave van de temperatuureenheid tussen °C
en °F te wisselen.
2
COMFORT: Optimaal (luchtvoch-
tigheid tussen 40% en 70%)
9 / 16