Waterhardheid instellen
De juiste instelling van de waterhardheid is van belang,
opdat het apparaat tijdig meldt, dat het moet worden
ontkalkt. De waterhardheid is vooraf op
stand 4 ingesteld. Stel "Onthardingssysteem" in als er
in het huis een wateronthardingsinrichting is
geïnstalleerd. De waterhardheid kan met de
bijgevoegde teststrook worden vastgesteld of bij het
plaatselijke waterbedrijf worden nagevraagd.
1
De bijgevoegde teststrook kort in vers leidingwater
dopen, laten uitdruipen en na een minuut het
resultaat aflezen.
2
De functieknop op S draaien.
3
Met de draaiknop "Basisinstellingen" selecteren en
™
symbool
aanraken.
4
Met de draaiknop "Waterhardheid" selecteren.
%
5
Symbool
aanraken.
6
Met de draaiknop de gemeten waterhardheid
instellen.
™
7
Met
bevestigen.
De instelling is opgeslagen. Symbool
basisinstellingen te verlaten.
Waterfilter
G ebruik met of zonder waterfilter
W a t e r f i l t e r
U kunt het apparaat met of zonder waterfilter gebruiken.
Om te zorgen voor een goede werking van de
ontkalkingsindicatie van het apparaat, dient u in de
basisinstellingen in te stellen of er een waterfilter wordt
gebruikt.
1
2
3
4
5
6
7
'
aanraken om de
8
Aanwijzing: Een waterfilter vermindert kalkafzettingen
en reduceert verontreinigingen in het water. Het
apparaat hoeft bovendien niet zo vaak te worden
ontkalkt.
Waterfilters zijn verkrijgbaar in de handel.
De functieknop op S draaien.
Met de draaiknop "Basisinstellingen" kiezen.
™
Symbool
aanraken.
Met de draaiknop "Waterfilter" kiezen.
%
Symbool
aanraken.
Met de draaiknop "Beschikbaar" (met waterfilter) of
"Niet beschikbaar" (zonder waterfilter) kiezen.
™
Met
bevestigen.
Bij de instelling "Beschikbaar" start het
spoelprogramma. Volg in dat geval de aanwijzingen
op het display op.
'
Symbool
aanraken om het menu
Basisinstellingen te verlaten.
Waterfilter
nl
11