Installatie stap 4:
Sluit de afvalwaterslang en de overloopbeveiligingsslang aan.
1
1
Leid de uiteinden van de slangen naar de rioolaansluiting (beide afzonderlijk, a.u.b. niet met een T-
stuk verbinden - gevaar voor terugstroming!).
Gebruik een open afvoer en/of een terugslagklep (gevaar voor terugsifonage). Zet de slangen
voldoende vast (gevaar voor wegglijden door drukpieken).
8
Aansluiting voor de afvalwaterslang
1.
2
De grijze kabel is permanent verbonden
2.
met de watermeter en moet worden
aangesloten op de daarvoor bestemde
voorziening
besturingskop.
1. Duw op de 1/2" een afvalwaterslang en
klem met de slangklem.
U
kunt
afvalwateraansluiting
maximaal 120 cm naar boven leggen. De
lengte moet maximaal 6 meter zijn en een
minimale daling hebben.
1. aansluiting voor de overloopbeveiligingsslang
De aansluiting voor de overloopslang bevindt
zich op de behuizing van de waterontharder
of de pekeltank, druk hier op de 1/2"
1
overloopslang.
De aansluiting is drukloos en moet onder
afschot worden geïnstalleerd.
Er ontsnapt hier zo goed als geen water. Als
het niet mogelijk is de slang in de
afvalwaterpijp te leggen, omdat de slang
anders niet onder afschot gelegd kan worden,
kan hij ook in een emmer/bak gelegd worden.
in
het
midden
de
afvalwaterslang
van
het
van
de
vanaf
de
systeem