Inhoudsopgave
Advertenties
3.2. Regeling en controle omvormer/lader
De dongle kan de omvormer/lader via de VictronConnect-app regelen en controleren.
De „overzichts"pagina bevat het volgende:
1. De omvormer/lader kan ingeschakeld, uitgeschakeld of ingesteld worden op enkel-lader modus via het
omschakelingssymbool in de onderstaande afbeelding.
2. De beperking van wisselstroominvoer van de omvormer/lader kan aangepast worden via het keuzesymbool, zoals
aangegeven op de onderstaande afbeelding.
3. Accuspanning, stroom en temperatuur zoals getoond.
4. De apparaatstatus wordt getoond.
Meer gedetailleerde informatie over omvormer/lader kan gevonden worden op de „detail"pagina.
VictronConnect-app "overzicht"- en "detail"-schermen.
Merk op dat, wanneer een
de dongle, de DMC de aan/uit/enkel lader en stroomlimiet-regelingsfuncties van de dongle overschrijft. De
dongle kan enkel de accu- en omvormer/lader-parameters controleren en werken als een temperatuur- en
spanningsensor maar kan de omvormer/lader niet regelen.
3.3. Gebruik als een accusensor
De dongle meet de accutemperatuur en -spanning:
• De meting van accutemperatuur staat de omvormer/lader, of laadbronnen die verbonden zijn met VE.Smart Networking, toe de
laadspanning aan te passen om te compenseren voor accutemperatuur.
• De meting van accuspanning staat de omvormer/lader, of laadbronnen die verbonden zijn met VE.Smart Networking, toe de
laadspanning aan te passen om te compenseren voor verlies aan kabelspanning, dat zich kan voordoen tijdens het laden.
Raadpleeg, voor meer informatie over temperatuur- en spanningcompensatie, de omvormer/lader-handleiding.
Merk op dat de omvormer/lader de dongletemperatuur en spanningsmetingen niet gebruikt wanneer de
omvormer/lader verbonden is met een GX-apparaat en een
smart battery overschrijven de gegevens van de dongle.
3.4. Gebruik met een GX-apparaat
In systemen met een omvormer/lader en GX-apparaat maar geen andere bron van temperatuur en spanning worden de
gegevens van de dongle door de omvormer/lader en het GX-apparaat gebruikt.
Bij systemen met een GX-apparaat, met een andere bron van temperatuur- en spanninggegevens, bv. van een CAN-bus-accu
(smart accu), overschrijven de gegevens van de smart battery de gegevens van de dongle. In dit scenario worden de gegevens
van de smart battery gebruikt door de omvormer/lader en het GX-apparaat. De dongle levert nog steeds live informatie via diens
VictronConnect-interface, maar het systeem gebruikt de gegevens, geleverd door de smart battery.
Een GX-apparaat heeft prioriteit over de dongle en moet steeds toegang kunnen krijgen tot alle gegevens. Wanneer
voeding wordt toegepast op de dongle, of na een firmware-update, start de dongle in achtergrondmodus. De VE.Bus
communicatiepoorten worden 30 seconden lang gecontroleerd. Wanneer geen GX-apparaat gedetecteerd wordt, schakelt
Pagina 7
VE.Bus Smart Dongle
Digital Multi bedieningspaneel
(DMC) verbonden is met hetzelfde systeem als
CANbus-accu
(smart-accu). De gegevens van de
Bediening
Advertenties
Inhoudsopgave
