Stap 1
Teken de boorgaten van de stanghouders af op de cannelures.
Tussen de tube en stang(en) dient de volgende ruimte te zitten:
Ø 25 cm: 125 mm ruimte
Ø 35 cm: 116 mm ruimte
Ø 53 cm: 130 mm ruimte
Boor de gaten in de cannelures.
Ø 25 cm
Ø 35 cm
Ø 53 cm
Stap 2
Plaats de metalen plaatjes op de cannelures en steek de
slotbouten door de gaten.
Stap 3
Teken de plekken voor de stang(en) af op de tube. Leg hiervoor
een duimstok vlak op het staal en zet aan beide zijdes van de
15 mm
tube 15 mm lager een kruisje, om het gat te boren.
Boor het middelste gat Ø 18 mm met een (tapse) boor (alleen bij
Ø 25 en Ø 53 cm buizen). De boorgaten aan de zijkanten dienen
recht geboord te worden met een gat van Ø 22 mm (alleen bij Ø
35 en Ø 53 cm buizen).
Stap 4
Draai aan één kant van de tube de borgmoeren M8 "los-vast"
aan de stanghouders. Duw de bramen van het boren vanuit de
tube door de gaten naar buiten.
Schuif vanaf de andere kant de stang(en) door de tube. Duw
vervolgens de stangen in de stanghouders.
Stap 5
binnenzijde stanghouder aftekenen
Voor het meten van de benodigde lengte van de stangen, houd de
stanghouders voor de bouten aan de andere kant. Schrijf de bin-
nenzijde van de houder af op de stang en tel daar 25 mm bij op.
Haal de stang(en) weer uit de tube en slijp de stang(en) op de
vastgestelde lengte af.
Stap 6
Schuif de stang(en) door de tube zoals bij stap 4. Schuif aan de
andere zijde de stanghouders om de stang en duw de houder zo
dat de bouten door de stanghouder heen komen.
Draai met de hand de slotbouten los-vast met de borgmoeren.
Als alles op zijn plaats zit, draai dan alle borgmoeren vast met
een sleutel.